- 11 Deze omstandigheid heeft veel bijgedragen tot het vlug over winnen van groote terreinhindernissen en het doorstaan van zware vermoeienissen. Uit het personeel van den gevechtstrein werd eene pionier- afdeeling gevormd, aangezien dit zeer noodzakelijk bleek De gezondheidstoestand van den troep was zeer bevredigend en de geest en de houding van den troep waren zoowel op marsch, als in het bivak en in het gevecht uitmuntend. Wapening. Zoowel het kader als de manschappen waren met de revolver bewapend, welke bewapening voldoende werd ge acht. De onderofficieren en korporaals hadden de cavaleriesabel ingeleverd, daar werd verwacht, dat dit wapen bij het marchee- ren in zwaar terrein zeer hinderlijk zoude zijn. Kleeding en uitrusting. Met uitzondering van één paar schoe nen, hadden de manschappen de voorschriftmatige kleeding en uitrusting bij zich. Daar op de etappelijn de kleedingtasschen des nachts steeds bij de sectie bleven, werd met het oog op het moeilijk werk der kanonniers bepaald, dat in den veldzak slechts zou worden mede gevoerd de eetketel, benevens één verschooning en één sprei. Het schoeisel had door het moeilijk terrein op de etappelijn veel te lijden, zoodat bij aankomst in Korintji van de meeste manschappen een paar schoenen zoo goed als versleten was. Reeds de eerste dagen ging het naaisel van verschillende schoe nen los. Te Tapan werd aan ieder man een wollen deken verstrekt de dekens werden in pakken van 7 a 8 stuks door een koelie gedragen. Materieel en draagwijze. Al de medegenomen munitie was ver pakt in munitiekisten voor eenmansvrachten, hetgeen in verband met de draagwijze der Maleische koelies op marsch zeer goed voldeed. Yoor het aanvoeren der munitie in het gevecht, het geen door de kanonniers moet geschieden omdat op dwangar beiders daarvoor niet te rekenen valt, werden de kisten van het bestaande model echter niet voordeelig geacht, daar een man

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1908 | | pagina 121