61 het medenemen van wijnf'lesschen, hetgeen in den aanvang der expeditie door de te Tapan verkrijgbare, zeer beperkte hoe veelheden, nog al vele bezwaren medebracht. F. Transportmiddelen. De goederen en materialen, voor zoover van Padang toege zonden, werden ter reede Pasir Ganting aangebracht, gedeelte lijk per Gouvernernents stoomer Condor, gedeeltelijk in twee prauwen, respectievelijk van 22 en 24 koijang (welke door den Gewestelijken Intendant te Padang voor het vertrek der expe ditie waren aangekocht tegen f 4600 te zamen) en gesleept door genoemden stoomer. Vorenbedoelde prauwen waren elk bemand met 1 djoeroemoedi en 4 matrozen, tegen een loon van resp. f 20 en 15'smaands ingehuurd. Voor zoover de goederen van Batavia werden aan. gevoerd geschiedde dit door stoomers van de Koninklijke Paket- vaartmaatschappij. Voor het transport van personen en goederen van langs zijde der stoomschepen rechtstreeks naar den wal te Pasir Ganting of door de monding van de Batang Air Indrapoera naar Pasir Ganting werd van 15 djongkongs, gemiddeld een laad ruimte bezittende van 15—30 pikoel, en 10 pentjalangs, met een gemiddelde laadruimte van 51/3 10 koyang, gebruik gemaakt. Ze werden van de bevolking ingehuurd, tegen de volgende be talingen Voor het vervoer van personen, per persoon. f 1. Idem van bagage, materialen en andere goederen naar het strand en van daar naar het magazijn of naar de sampans in de rivier, per koyang v 22.50 Idem per pentjalang door de moeara van de rivier naar het magazijn of naar de daarvoor liggende sam pans in de rivier18. Aangezien de goederen, welke in de djongkongs waren geladen, niet beveiligd waren tegen overslaand zeewater, had bij het trans port, het gebruik van persennings—welke met het oog op de af metingen der vaartuigen eene lengte van 8 en eene breedte van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1908 | | pagina 171