76 ontvangen, met dien verstande, dat roode wijn alleen aan offi cieren en onderluitenants (c.q. civiele ambtenaren) en tot een maximum van een flesch daags zal worden verstrekt; 7e. dat aan officieren, onderluitenants, onderofficieren en mindere militairen wordt vergund op den voet der daaromtrent bestaande bepalingen ten behoeve van hunne achtergelaten gezinnen te delegeeren 8e. dat aan officieren, onderluitenants en onderofficieren op maandelijksch traktement wordt vergund een voorschot op trak tement te ontvangen voor de gehuwden en de met gehuwden gelijk te stellen personen ten bedrage van twee en voor de overigen een maand traktement, terug te betalen op de wijze als respectievelijk voor gehuwden en ongehuwden is aangegeven in 10 sub b van het Bijvoegsel tot de Instructie voor het voeren der administratie bij korpsen en garnizoenen; 9e. dat aan de achtergelaten vrouwen en kinderen van de militairen beneden den graad van adjudant onderofficier, voor zooveel de Europeesche onderofficieren beneden dien graad be treft, echter alleen aan de niet wettige vrouwen en de niet wettige of gewettigde kinderen, zoomede aan de vrouwen en kinderen die hunne mannen en vaders hebben vergezeld, rijst en zout zal worden verstrekt op den voet van het bepaalde bij af- deeling D. van het militair tarief No. 20 (Staatsblad 1890 No. 100) 10e. dat aan de officieren, onderluitenants en adjudant on derofficieren eene tegemoetkoming in de meerdere kosten van bedienden ten bedrage van f 10.(tien gulden)'s maands wordt toegekend, en zulks van en met de maand van aankomst te Pasir Ganting tot en met de maand van vertrekt naar elders; 11e. dat de sub 5e bedoelde personen niet verplicht zijn hunne woningen aan te houden, indien zij op het oogenblik van vertrek in het bezit daarvan waren, met dien verstande dat de ontrui ming rekent in de gaan met den lsten der maand volgende op die, waarin zulks heeft plaats gevonden: 12e. dat de aan de troepenmacht toe te voegen dwangarbei ders onder militair beheer en toezicht zullen staan; dat aan hen voor hun vertrek door de zorg van het civiel bestuur zullen wor den medegegeven een leeren hoofdkussen en een tweede stel kleeding bestaande uit:

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1908 | | pagina 186