100
naar de veldziekenzaal te Tapan zullen gebracht worden, een
en ander na bekomen machtiging van den betrokken Officier van
Gezondheid, die steeds telephonisch (de telephoon was reeds
doorgetrokken tot voorbij Peradon-Tinggi) op de hoogte zal blijven
van den gezondheidstoestand op de posten. De Officier van
Gezondheid te Kota Limau Saring is belast met het toezicht te
Pemoentjoek Boekit Gedang, die van Tapan met het toezicht
over de posten Pasir Ganting, Peratak Napal en Peradon-Tinggi.
Beiden zijn gemachtigd deze af en toe te inspecteeren. De zieken
van Pemoentjoek Boekit Gedang worden onder geleide van den
ziekenverpleger gebracht tot halfweg, vanwaar zij door personeel
van Kota Limau Saring worden afgehaald; evenzoo worden de
zieken van Peradon-Tinggi tot halfweg Peratak Napal gebracht
en van daar afgehaald door den ziekenverpleger en dwangarbeiders
van Peratak Napal, die op hun beurt hen den volgenden dag
naar Loeboek Bergaloeng brengen, voor dit transport rekening
houdende met den waterstand in de rivier, waar zij overnachten
en door personeel van Tapan zullen worden afgehaald.
De zieken worden op hun reizen voor een deel gevoed met
noodrations, terwijl nog zooveel mogelijk van de plaatsen, waar
ziekeninrichtingen zijn, extra-voedingsmiddelen en ververschingen
worden medegegeven, daartoe in de gelegenheid gesteld door
plaatselijken inkoop en de ververschingsblikken, die o.a. ook
meegegeven zullen worden aan de colonnes, die eenige dagen
uitblijven.
Op eiken pest zullen 2 tandoes en 20 dwangarbeiders voor het
ziekenvervoer beschikbaar zijn, die verder benut kunnen worden
tot verbetering van den weg; het grootste aantal dwangarbeiders-
deed nu dienst bij de colonne in Korintji.
In het algemeen zal echter met het oog op den moeilijken weg
de evacuatie tot het noodzakelijkste beperkt blijven.
Door den Gewestelijk Eerstaanwezend Officier van Gezondheid
te Padang werd bericht, dat de evacuatie kon geschieden met een
der booten van de Paketvaart Maatschappij, die éénmaal in de 1L
dagen Pasir Ganting zou aandoen en verder met de „Condor", die
naar gelang van de behoefte, naar Pasir Ganting zou komen.
Laatstgenoemde bodem was voorzien van bultzakken, stroozak-
ken, andere fournituren en extra-voedingsmiddelen.