4
kon ons geen hoog idee van den paardenstapel
in deze streken (wilde men althans daarnaar
oordeelen) geven, wijl, onder de bekroonde
racepaarden vooral, onderscheidene met vrij
ernstige fouten in den bouw en onderlinge
afmetingen werden waargenomen. Onze ver
wachtingen aangaande het resultaat eener
remonteering met goede Cavalerie- en Ar til*
leriepaarden in N. Z. Wales waren dan ook,
na al het geziene in verscheidene dagen, niet
bijzonder hoog gespannen, en zooals we
hieronder zullen zien niet ten onrechte.
18 April. Bezoek gebracht aan Zijne Excellentie den
Gouverneur-Generaal Northcote en den lord-
major van Sydney.
19 April. Idem aan Zijne Excellentie den "Vice-Admiraal
Faukes, Commandant der vereenigde Zeemacht
in Australië, en aan het hoofd der politie te
Sydney, tot welke autoriteit door den Voor
zitter het verzoek werd gericht, ons wel in de
gelegenheid te willen stellen de paarden der
politie en van de brandweer in oogenschouw
te nemen, aan welk verzoek met de meeste
bereidwilligheid werd voldaan.
20 April. Idem aan Generaal Majoor Finn.
Daar nog enkele autoriteiten verhinderd
waren ons te ontvangen, werd besloten onze
eigenlijke werkzaamheden zoodra mogelijk
aan te vangen, tot welk doel we dan ook op
22 April (Zondag) van Sydney afreisden naar Rivingstone, een
estate, toebehoorende aan den Heer Kiss en
op 2 uur sporens van eerstgenoemde plaats-
gelegen een 68- tal dieren waren bier door
hem bijeengebracht geworden.
28 April. Keuring van 38 paarden van welke er slechte
zes door ons konden worden goedgekeurd.
Zooals uit het resultaat reeds blijkt was het
gehalte der dieren verre van voldoende en