31 daaraan eigen. Voor den aankoop van de 10 fokmerries ten behoeve van het Departement van Landbouw was de Commissie verplicht de groote reis van Sydney naar Melang te ondernemen, omdat zij in al die maanden, dat ze Zuid- Oost- en Noord-Australië had af gereisd, geen enkel exemplaar had gezien waarvan in werkelijkheid goede afstamme lingen konden worden verwacht. Reeds de prijzen (gemiddeld 15 a 20^ per paard) wijzen er op, dat men hier alles be halve met een goed paardenslag te doen heeft, want geen land ter wereld of daarvoor geldt als regel: „dat voor goede paarden ook hooge prijzen moeten worden betaald." b. Dat vele fokkers in het binnenland vooral, zeer in kennis omtrent dit onderdeel van het landbouwbedrijf te kort schieten volgt als van zelf uit het hieraan voorafgegane en het is volstrekt niet vreemd, dat men menschen van de meest uiteenloopende beroepen (slagers, bakkers, onderwijzers) zich tevens op de fok kerij van paarden ziet toeleggen. c. In de derde plaats moet men bij de overweging van den tegenwoordigen stand van zaken niet uit het oog verliezen, dat Japan, Engelsch- Indië en Afrika (Engeland en Duitschland) hun remonte eveneens voor een groot deel uit Australië betrekken en dat ieder dezer natie's natuurlijkerwijs het beste tracht weg te halen dat te krijgen is. Op grond van een en ander moest de Com missie dan ook tot de gevolgtrekking komen, dat de remonteering met goede rijpaarden in Australië in de naaste toekomst allesbehalve verzekerd is. Wij zeggen „in de naaste toe komst" en dat met reden naar wij meenen, want reeds thans gaan er stemmen op, die

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1908 | | pagina 289