fenen de beide raden eenen meerderen druk op den grond uit
van 37 K. G-., zoowel met het kanon op de affuit als met het
kanon opgeladen.
Dit geringe verschil is een gevolg van het doen dragen van
het achterstuk. Daar het gewicht van het achterstuk slechts
zh 44.50 K. G-. bedraagt, levert dit voortdurend gedragen vervoer
voor een muildier geene bezwaren opbij geheel gedragen ver
voer krijgt dit dier nog de beide raden en het lamoen en heeft
dan ook den gunstigsten last, door de voordeelige ligging van
het zwaartepunt.
Daar er nu 4 dieren per stuk zijn en men te velde ook nog
de reservedieren bij de stukken zal indeelen, die dan opgetuigd
zijn met het trektuig, wordt er over een voldoend aantal dieren
beschikt om deze afwisselend het stuk te doen trekken, zonder
dat het 4e dier met achterstuk daarbij behoeft in te vallen,
zoodat dit dier op deze wijze weer verlicht kan worden; er bestaat
echter geen overwegend bezwaar tegen, om dit dier ook als
lamoendier in te deelen, indien dit noodig mocht blijken.
Moet men, aangespannen marcheerende, onverwachts in stel
ling komen, dan geeft het afladen van het achterstuk en het
verbinden daarvan aan het voorstuk nagenoeg geen oponthoud.
Verwacht men elk oogenblik in stelling te moeten komen, of
wordt eerst eene voorbereidende stelling ingenomen, van waaruit
met dieren in batterij gekomen wordt, dan wordt het achter
stuk aan de vooraffuit verbonden. Alsdan wordt de druk in de
draagringen 5 K. G. grooter dan bij het veerspoormaterieel, het
geen van weinig of geen invloed is, terwijl verder het stuk
alsdan door meerdere lengte wel minder handelbaar is in
geaccidenteerd terrein, doch toch nog voldoende beweegbaar.
De vergelijkende beproeving van het getrokken vervoer van
het K. T. (met opgeladen achterstuk), V. S. en 7 c.M. K. A. ma
terieel had plaats in het meest afwisselende terrein, waarbij, om
tot eene goede onderlinge vergelijking te komen, het getrokken
vervoer dikwijls nog toegepast werd daar, waar gedragen ver
voer aangewezen wasalleen toch door de grens van mogelijk
heid van getrokken vervoer te naderen, zou het onderling ver
schil, dat toch nooit groot kon zijn, aan den dag treden.
De uitslag dezer proeven, voor zoover het getrokken vervoer
