76 -
ning, tengevolge van het gescheiden zijn van de lading, niet zoo
eenvoudig is als van gewoon snelvuurgeschut, levert die toch
geen bezwaren op.
2e. Proeven ter beoordeeling van de munitie en het verdere materieel.
Van de granaten en brisantgranaten werden onderzocht de scherf-
werking, de mijnwerking, de uitwerking tegen borstweringen en
daarachter geplaatste doelen, tegen muren en de rookontwik
keling in het springpunt.
"Voor de beoordeeling van het aantal springstukken werden
eenige projectielen, stil hangende, tot springen gebracht. Daarbij
werd bevonden:
PROJECTIEL
SOORT.
AANTAL SCHERVEN.
van meer
dan
100 gram.
van 30
tot
100 gram.
van 10
tot
30 gram.
van minder
dan
10 gram.
Gewone granaat
11
20
9
17
idem.
7
9
7
15
Gemiddeld
9
14
8
16.
totaal 47 scherven, waarvan 31
van meer dan 10 gram.
Brisantgranaat.
2
49
208
648
idem.
2
67
192
971
Gemiddeld.
2
58
200
809
1069
scherven, waarvan 260 van
meer dan 10 gram.
Brisantgranaat
met ontstekingsla
ding van 35 gram
salpeterkruit No. 2.
15
24
43
56
138 scherven, waarvan 82
meer dan 10 gram.
van