A. UITTREKSEL UIT HET ALGEMEEN RAPPORT
betreffende liet 2e Eskadron Cavalerie,
ingedeeld bij de Expeditionnaire troepenmacht tegen Z. Celebes
van 12 Juli 1905 tot 22 Maart 1900.
Commandoindeeling en sterkte der expeditionnaire cavalerie.
Sterkte. Vier pelotons, onder commando van den ritmeester
B. Hendriks, sterk 5 officieren, 71 Europeesche, 57 inlandsche
minderen, 10 (Australische) officierspaarden en 126 (Sandelhout)
troepenpaarden. Hieronder waren begrepen 3 onbereden Euro
peesche- en 3 onbereden inlandsche cavaleristen, benevens 4
reservepaarden.
Boven de formatie van het veldeskadron waren ingedeeld:
1 Eur. wachtmeester 1
4 Eur. cavaleristen 'h8""811™ A°S"''
4 Inl.
1 Eur. korporaal voor de veldbakkerij.
4 Inl. cavaleristen voor den veterinairen dienst, terwijl aan
de expeditionnaire cavalerie waren toegevoegd
10 dragers (veroordeelden), waarvan 8 voor het kookgereed-
schap en 2 voor het archief,
15 officiersbedienden.
3 draagpaarden en 2 geleiders voor het vervoer der draagbare
smidse met toebehooren, zijnde begrepen in de formatie van
den expeditionnairen trein.
Gerekend werd op vrije koelies van Celebes voor het gras-
snijden.
Behalve smid en zadelmaker waren in bovengenoemde sterkte
begrepen één geëxamineerde smid en één geëxamineerde zadel
maker, vijf geleiders voor de handpaarden der officieren en vier
geleiders der reservepaarden.
Bijl. 1908. I