141 Na drie a vier maanden bleek het, dat vrij veel Europeesche militairen geen bruikbaar schoeisel meer hadden, terwijl andere militairen, vooral Inlanders nog een blijkbaar ongebruikt paar op hun veldzak gebonden medevoerden. Nu is het een bekend feit, dat de Europeanen meer schoeisel verslijten dan Inlanders. Zulks is grootendeels daaraan toe te schrijven, dat eerstgenoemden ook bij bivakwerkzaamheden daar van gebruik maken, terwijl de Inlanders in den regel in het kam pement op bloote voeten loopen. Voor een deel moet echter het opvallend snelle verslijten der zeildoeksche schoenen worden toegeschreven aan de bepaling, dat de militairen de kosten voor de reparatie zelve moesten betalen. Neemt men in aanmerking, dat ieder militair voor zijn vertrek uit het garnizoen extra twee paar zeildoeksche schoenen had ontvangen, dan was bovenstaande bepaling zeer zeker niet onbillijk, ja schijnbaar zelfs zeer rationeel. Toch bleek zij in de praktijk niet te voldoen. De eerste slijtage treedt in den regel in den vorm van loslasting van de aanhechting van het bovenleer met het zeildoek op. Wanneer zulke defecte schoenen onmiddellijk werden gere pareerd, zouden de schoenen nog weken lang kunnen worden gebruikt, doch wat doen nu vele militairen Ze verwaarloozen de schoenen, zien er tegen op een dubbeltje of 15 centen voor reparatiekosten te betalen en blijven zoolang op die schoenen rondloopen tot ze onbruikbaar zijn. De militairen waren voor hun vertrek naar Boni in het bezit gesteld van twee buikbanden. De noodzakelijkheid deze ook aan dwangarbeiders te doen verstrekken, deed zich niet voor. De uitrusting der dwangarbeiders was compleet. Een toezicht op de zindelijkheid van deze lieden maakte, dat er opvallend weinig huidziekten bij die lieden voorkwamen. Aan een geschikte gelegenheid om de strooien sloffen te be proeven, heeft het ten eenenmale ontbroken. Noch bij het marcheeren door de bako-bako, noch bij het verrichten van de debarkementswerkzaamheden te Badjowe konden sloffen worden gebruikt en daar alleen bestond gele genheid voetzoolgebreken te acquireeren. Volgens den Chefarts dient men een andere gelegenheid, liefst

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1909 | | pagina 155