19
maal (16 Sept.) in nat sawahterrein bewogen. De paarden
gingen tot den buik in de modder, zoodat het noodzakelijk was,
de munitiekisten af te haken.
Bij enkele tochten werden terreinen overgetrokken, bestaande
uit terrasvormig aangelegde velden met een onderling hoogte
verschil van 1—2 M. en met loodrechte wanden. Door oor
deelkundige keuze van afdalings en beklimmingspunten, gehol
pen door lichten pionierarbeid, gelukte het, zonder veel tijd
verlies vooruit te komen en vertraging in den opmarsch te
vermijden.
In het bergterrein moesten vele en zware ravijnen woiden door
getrokken de batterij kon echter steeds met de infanterie gelijken
tred houden, behalve bij den zwaren marsch van 1 sectie met
het 18de Kataljon Infanterie op 20 October 1906 naar Bang-
bang (Gianjar) en terug, toen 7 ravijnen moesten wordendoor-
getrokken en de Infanterie 1/4 uur oponthoud ondervond.
Enkele malen moest door holle wegen worden gemarcheerd, die
zoo smal waren dat de beladen draagpaarden er niet door kon
den en de munitiekisten moesten worden afgenomen.
Is het dan ook te voorzien, dat de batterij zich in zeer
modderig terrein of door zwaar bergterrein met holle wegen
moet bewegen, dan verdient het aanbeveling de draagpaarden
op die tochten te vervangen door koelies.
Ten einde de colonne-lengte te verminderen, is langs wegen
waar doenlijk, steeds in sectie;colonne gemarcheerd, hetgeen
mogelijk was, door de zeer geringe breedte van het in bataille
marcheerende stuk.
Bij den opmarsch tegen den Pasar marcheerde de batterij
in bataille, hetgeen natuurlijk het snelle in batterij stellen zeer
bevorderd heeft.
Uitwerking.
a. Snelvuurbatterij.
Materieele. Op vaste doelen is niet gevuurd. De uitwerking
op levende doelen is zeer groot geweest, zooals bleek uit het
groot aantal gesneuvelden en zwaar gewonden door artillerie
vuur op Den Pasar en Pametjoetan. Hierbij dient echter in
aanmerking genomen, dat de doelen zich voordeden zooals wel