32
Vele paarden hadden staartwonden van den staartriem, maar
daarop werd niet gelet.
Hoewel vele paarden er zwak en slecht uitzagen, werden
slechts weinig paarden wegens minderwaardig voorkomen afge
keurd, omdat het Balische draagpaard van verschillende zijden
zeer geroemd werd.
243 paarden werden in de verschillende desa's aangenomen
en zouden den 13den verzamelen in Boeleleng. Bij aankomst
bleken verscheidene paarden verwisseld te zijn, vele geleiders
vroegen en kregen toestemming om een plaatsvervanger te stellen.
De paarden hadden eerst, voorloopig, een nummer met teer
of verf op het kruis gekregen, en werden nu voorzien van een
houten nummerbord, dat om den hals werd gehangen.
Zij werden ingedeeld in afdeelingen van 25 onder een stukrijder,
per 50 paarden 1 Eur. korporaal of Inl. sergeant en per 100
een Eur. sergeant. Van deze indeeling is spoedig afgezien,
doordat de geleiders hieraan niet te gewennen waren, telkens
door elkaar liepen en de aanwijzingen van het toezichtvoerend
personeel niet opvolgden. Het militair personeel moest bovendien
helpen bij het opladen.
Het niet opvolgen van de aanwijzingen kwam, doordat de taal
wederzijds niet begrepen werd en doordat de tolk, een hoofd uit.
Boeleleng, Goesti Njoman Rai, geen macht over de geleiders had.
De nummerplankjes werden zoekgemaakt, de geleiders ver
huurden hunne paarden weer aan anderen en bleven zelf in
Sanoer of Den Pasar.
Hoewel den tolk meermalen was gezegd, dat dit niet mocht,
gebeurde het toch en was dit niet te controleeren.
De moeilijkheden bij het op- en afladen en onderweg werden
er te grooter door, want de nieuwe geleiders wisten niets
van de gewoonten bij het opladen.
Eiken dag werd het toezichtvoerend personeel opnieuw over
de trein-colonne verdeeld.
Betaling en voeding.
De paarden waren ingehuurd tegen f 2,50 per dag, de ge
leiders moesten in eigen voeding voorzien en in die van hunne-
paarden.