De voeding der paarden liet dikwijls veel te wenschen over,
zoodat zij na de marschen naar Tabanan er slecht uitzagen.
De paarden werden altijd in de open lucht gestaldin Sanoer
was een terrein ingericht voor stalop andere plaatsen werd
door de geleiders een piket op het aangegeven terrein in den
grond geslagen.
Voor de geleiders was alleen in Gianjar eenige geringe barak
ruimte beschikbaar. Meermalen stonden de paarden op drassig
terrein.
De tuigen konden evenmin droog worden gehouden.
Arbeid.
In verband met de reputatie, die de paarden hadden, werden
zij de eerste dagen bevracht met 90, zelfs 100 KG.
Dit ging goed tot aan Den Pasar (7J KM.) en Bringkit.
Op het traject Den PasarTabanan (17 KM.) werden zij, met
het oog op de slechte wegen en den minder goeden toestand
der paarden, bevracht met 70 KG., enkele uitgezochte dieren
met 80 KG. Ditzelfde geschiedde op den marsch Den Pasar—
Soekawatie (14 KM.) en Soekawatie—Gianjar (10 KM.) en op de
marschen Sanoer—Gianjar (20 KM.), terwijl op den marsch Gianjar
Bangli (12 KM.) een belasting van 60 KG. (bij enkele paar
den SO KG.) en op den marsch Gianjar—Kloengkoeng (11 KM.)
60 KG. reeds moeilijkheden opleverde en aanleiding gaf tot
vele schavingen.
De bewering dat het Balische draagpaard tot 2 pikol en
zelfs meer kan dragen, moge waar zijn voor enkele paarden
over korte afstanden en met voldoende rustperioden, voor een
afdeeling paarden moeten de boven opgegeven gewichten als
maxima worden beschouwd indien men de paarden in goeden
toestand wil houden.
Ziekten.
Van de 243 paarden zijn er 4 overleden nl.
1 waarschijnlijk tengevolge van het vechten den eersten nacht
in het bivak aan den Z. kant van Pabean Sanoer.
1 te Den Pasar, den 29sten, na den lsten marsch naar
Tabanan en dat wegens klem en koliekverschijnselen is afge
maakt geworden.