17 b. Heeft het uit te zenden berggescbut dat kaliber dan zal in ver band hiermee het gewicht der laaten anders worden. c. Vooral betreft dit de lasten der munitiedraagdieren als de munitie is als die der Veld in Nederland (projectiel 6 K. G., patroon 7.72 K.G.) of als Kruppsche bergkanon 7.5 c L/14 (projectiel 5.3 K. G). Beproefd patroon 5.85 K. G. gewicht projectiel 5 K. G. d Omtrent het bergkanon 7.5 c.M. heeft men noch in Nederland noch in Indië ervaring. In de Memorie van Toelichting'''' op de Begrooting van Nederlandsch- Indië voor het dienstjaar 1909, werd onder Afdeeling IX, Oorlog, Hoofd stuk I, Uitgaven in Nederland, Onderafdeeling 62, aangeteekend „De vergelijkende beproeving van het in 1902 naar Indië uitgezonden snelvuurgeschut voor de bereden artillerie is afgeloopen en de Indische regeering heeft er onlangs op aangedrongen om thans zoo spoedig mo gelijk in het bezit te worden gesteld van modern geschut ter vervanging van het zoozeer verouderde veld- en bergmaterieel. Daar nu de verwape ning van de bereden artillerie, die in totaal eene uitgave van f 2,000,000 zal vorderen, geen uitstel meer gedoogt en dan ook binnen korten tijd tot stand zal dienen te komen, is op onderafdeeling 65 van hoofdstuk 1 een bedrag van f 470,000 uitgetrokken voor de aanschaffing van 2 veldbatterijen (één divisie) met de noodige munitie". Voorloopig Verslag. Het afdeelingsonderzoek der Begrooting heeft aanleiding gegeven tot de volgende beschouwingen en opmerkingen. „De uitgaven voor Oorlog zijn bijna 1 millioen hooger geraamd dan ten vorige jare. Eenige leden hadden bezwaar tegen deze verhooging. In het bijzonder kwam men op tegen het uitgeven van 2 millioen voor de verwapening van de bereden artillerie, waarvoor thans f 470,000 wordt uitgetrokken. Gevraagd werd, welk stelsel voor het nieuw geschut der bereden ar tillerie zal worden aangenomen. Ook wenschte men de rapporten over de vergelijkende beproeving van het uitgezonden geschut te zien over gelegd. Sommigen verklaarden ongezind te zijn over deze zaak eene beslissing te nemen, voordat daaromtrent nadere inlichting was verstrekt. Yoorts vroeg men aan wien de levering van het geschut zal worden opgedragen en welke leveranciers in de gelegenheid waren gesteld daar naar mede te dingen. Het thans gebruikte veld- en bergmaterieel wordt door den Minister zeer verouderd genoemd. Men meende echter te weten, dat dit mate rieel, gebruikt tegen inlandsche vijanden, voldoende is te achten. Is het 2

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1909 | | pagina 337