72
dan speciaal de marine. Ieder zeeofficier kan nu eenmaal een vrij be
perkte mate van technische kennis opdoen, in verhouding van dat wat
in aanmerking komt bij de vele verschillende dienst-vakken door de ma
rine bediend, en wanneer men nu ziet, dat enkele officieren van de ar
tillerie schier hun gansche leven kunnen wijden aan de techniek, terwijl
alle officieren van de marine telkens weer genoodzaakt zijn te varen,
misschien 1/3 van hun leven reeds daaraan moeten besteden, en boven
dien, behalve de kennis van scheepsbouw, van stoomwezen, torpedodienst
en nog die van navigatie, om nog niet eens van tactiek te spreken, en
zooveel meer moeten bezitten, dan is er een ernstige presumtie, dat de
deskundigheid der door mij bedoelde commissie zou worden bevorderd,
wanneer men bij voorkeur officieren van de landmacht, die hun geheele
leven aan dit onderwerp hebben gegeven, daarin opnam.
De beer Idenburg, Minister van KoloniënMijnheer de Voorzitter
Ik geloof, Mijnheer de Voorzitter, dat ik op dit punt wel kan inscha
kelen hetgeen door de geachte afgevaardigden uit Noordholland en Gel
derland is ter spake gebracht over enkele militaire onderwerpen. Ik zeg
den geachten afgevaardigde uit Noordholland dank voor den steun dien
zijn rede gegeven heeft aan mijn standpunt ten opzichte van de kosten
van de koloniale reserve, en ook van de kostenverdeeling voor de scheeps
macht tusschen de Staatsbegrooting en tusschen de Indische begrooting
en evenzeer zeg ik den geachten afgevaardigde dank voor de instemming
door hem betuigd niet het voornemen om het geschut voor de bereden
artillerie in Indië bij Krupp te bestellen en ook daarvoor, en dien dank
geldt ook den geachten afgevaardigde uit Gelderland, dat ook hij in het
licht heeft gesteld dat inderdaad van opdrijven van prijzen bij Krupp
allerminst sprake is en dat niet slechts technische eischen en wenschen,
maar ook finaDcieele belangen nopen om dit geschut bij Krupp te bestellen.
De geachte afgevaardigde uit Gelderland is op die bestelling bij Krupp
verder ingegaan. Hij heeft niet willen bestrijden en heeft ook niet be
streden wat nu in mijn voornemen ligt.
Opdat te dien opzichte geen misverstand besta, zij het mij vergund
met een enkel woord te herinneren aan datgene wat ik in de andere Ka
mer aan den heer Verhey heb toegezegd, nl. dit, dat ik aan de commissie
die door het Indische legerbestuur is aangewezen om de bestelling van het
geschut voor te bereiden en om dit geschut te keuren, de vraag zou voor
leggen, ten opzichte waarvan naar de meening van den heer Verhey,
twijfel mogelijk was, nl. of wij, bij Krupp bestellende datgene wat het
Indische legerbestuur als zijn verlangen had te kennen gegeveninderdaad
zouden krijgen het beste wat op dit oogenblïk op dit gebied te verkrijgen is.