91
ladangs, doesoens en huizen zouden onderzoeken, terwijl de
doesoen Rantau Pandjang door een detachement zou worden
bezet, teneinde aan kwaadgezinden te beletten zich daar van
levensmiddelen te voorzien, welk detachement op kosten van
de doesoenbevolking zon leven, wegens heulen met den vijand.
Reeds den dag volgende op deze mededeeling kwam de
rio berichten, dat zoowel de ex-riodepati ais Hadji Sidik te
Rantau Pandjang waren aangekomen met het doel zich te
onderwerpen; hunne onderwerping werd tegen het storten van
waarborgsommen van 500 doll, en 100 doll, aangenomen.
himboer ((Derongin). Gedurende het bovenbehandelde tijdvak
bleef het in Limboer volkomen rustig, doch kwamen betrouw
bare berichten binnen, dat de vijand zich te Mesoemei ver
zamelde en plan had onze posten aan te vallen.
Dientengevolge werd tot de definitieve bezetting van dit
punt besloten, den 4en September met een colonne, sterk 140
bajonetten, uitgerukt en den volgenden dag het doel bereikt,
waarbij slechts geringen tegenstand was ondervonden.
Den eersten dag was de voortroep op een kleine bende ge-
stooten, waarvan er 13 waren neergelegd.
De troepen betrokken te Bangko, op den tegenover Mesoemei
liggenden oever het bivak, terwijl de vijandelijke hoofden Pan-
geran Toemenggoeng en Pangeran Hadji Oemar zich naar de
bovenstreken terugtrokken, waar zij spoedig door onze de
tachementen werden gevolgd.
Bij de tochten, die in September en October naar het boven-
strooms liggende Pengantoeng werden ondernomen werd vrij
veel tegenstand ondervonden.
Toen de tweede maal een colonne van 75 bajonetten was
aangewezen om daar een maand te verblijven en het gebied
af te patrouilleeren, moest een vivresdepot halfweg te
doesoen Soengei Lajan aan den zorg van het hoofd toever
trouwd worden, doch de doesoen werd onmiddellijk door den
vijand afgeloopen en de vivres vernietigd, met het gevolg dat
de colonne, die bovendien veel zieken had, reeds binnen een
week naar Moeara Mesoemei (Bangko) moest terugkeeren.
Deze colonne had bij haar opmarsch in een stelling beneden
strooms van Pengantoeng hevigen tegenstand ondervonden.
