117 ons goedgezinde hoofden en van de berooving van een transport prauwen op de Tabir, waarbij vivres en 12 geweren M. 95 verloren gingen, werd een onderzoek ingesteld. Bij een ondervraging dienaangaande van eenige hoofden be nedenstrooms door den civiel-gezaghebber, den kapitein W. Beijer- inck, slechts door één onderofficier vergezeld, werd deze officier door twee der ondervraagden, Rio Seboel en Rio Doellah, plot- seling aangevallen en had hij het behoud van zijn leven slechts te danken aan de hulp van een paar dwangarbeiders, die met hun kapmessen een der aanvallers afmaakten en den ander op de vlucht dreven. De kapitein Beijerinck en de hem ver gezellende sergeant v. d. Starre werden echter ernstig gewond. Het bleek nu dat in de Batin Rantau Pandjang en in de Batin V nog steeds een ons vijandig gezinde partij bestond) die voeling hield met Taha, die door het zenden van hoeloe- balangs onrust in de Tabirstreek bleef verwekken en dat zelfs het plan bestond een algemeenen opstand te bewerken. Nadat de medeplichtigheid van de hoofden afdoende was aangetoond, werden zij gearresteerd en naar Djambi opgezonden, terwijl aan de bevolking een geldboete werd opgelegd, de vuur wapens werden opgeëischt en vernietigd en die hoofden, welke slechts in geringe mate in de zaak betrokken waren, afgezet en vervangen. Sedert werd de rust in de Tabirstreek niet meer verstoord. (Doearo Tambesi. Bleef het in de eerste helft van 1903 in den omtrek van Moeara Tambesi rustig, in September scheen Raden Mat Tahir een ernstigen aanval op onzen post te willen onder nemen en kwamen berichten binnen, dat hij met meer dan 600 man in aantocht was. Genoemde groote, die door den ex- Sultan Taha in het bezit was gesteld van een tjap, welke hem de bevoegdheid gaf om medestan ders om zich te vereenigen en de bevolking te terroriseeren, en die, naar beweerd werd, door Taha tot Pangeran Ratoe was aan gesteld, beschikte over eenige benden, die hij had weten te vormen uit in functie zijnde en ontslagen doesoenhoofden en allerlei slecht volk uit de Boven-Batang Hari, waarmede hij schrik en ontsteltenis onder de ons goed gezinden verspreidde, door wreed en brutaal optreden zich daarbij kenmerkende.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 129