Bijlage V.
nsfructie Door den Commandant uan hei 2de Bataljon Infanterie tenens
Commandant nan de ageerende troepen in het Djambische.
1. Met terugzicht op het bepaalde Sub. 1 in de Comman-
dementsorder ddo. 19 Augustus 1902, Lett. C, wordt ook voor
den vervolge de commandant van het 2de Bataljon Infanterie
aangewezen als commandant van de in bet Djambische agee
rende troepen, in welke laatste functie Z. H. E. G. bevoegd is
namens mij alle hem noodig voorkomende bevelen te geven.
Het teekenen van stukken betrekking hebbende op betalingen,
verstrekkingen enz. blijft echter op den bestaanden voet door
mij geschieden.
2. Als commandant van de in het Djambische ageerende
troepen omvat zijn taak
a. De zorg voor eene behoorlijke en geregelde aanvulling van
de bezettingen der in het Djambische bestaande tijdelijke pos
ten en van de aldaar ageerende mobiele Colonnes op de voor
die afdeelingen vastgestelde, of nader vast te stellen sterkte
b. Het uitoefenen van een nauwlettend toezicht op de be
hoorlijke nakoming door alle post- en detachements-commandan-
ten van de hem verstrekte of nader te verstekken instructiën.
Blijkt hem dat bedoelde instruktiën niet naar behooren worden
nageleefd, dan is hij niet alleen bevoegd, maar zelfs verplicht,
onmiddellijk in te grijpen en de voor een goeden gang van
zaken noodzakelijk geachte maatregelen te treffen.
3. In de vervulling van zijn taak wordt de commandant
der ageerende troepen ter zijde gestaan door den bij die troe
pen bescheiden Chef van den Staf, welke laatste hem zooveel
mogelijk op de hoogte houdt van den gang van zaken in het ge-
heele Djambische rijk, ook dan wanneer hij de Commandant der
ageerende troepen wat voor eene richtige vervulling van zijne
taak dikwijls noodig zal blijken, zich voor min of meer geruimen
tijd van zijne normale standplaats, Moeara Tambesi, verwijdert.