177 wordt aangeteekend dat deze zich meestal ophouden bij de hoofd personen onder 1 t/m. 4 genoemd, zoodat het te verwachten is dat na onschadelijk making der hoofdpersonen die van de minder belangrijke, met geringe krachten zal kunnen volgen en meer de taak der gewapende politie zal worden. 4. Zoo zijn Pangeran Singo, Raden Drahim Koewat, Raden Singkawang en Raden Santoen meestentijds in de omgeving van den Pangeran Ratoe, Pangeran Seman in die van zijn broer Pangeran Hadji Oemar en Pangeran Ojot in die van zijn zoon Raden Hamza. 5. Wat betreft de hoofdpersonen, houdt de Pangeran Ratoe, die in September 1904 met de Abdoellah Joesoef-zaak de partij van verzet koos, zich bij voorkeur op ten Noorden van de Batang Hari, meer in het bijzonder in de stroomgebieden der Kilis en Soemai-ri vieren. 6. Hij schijnt daaruit echter thans verdreven te zijn door patrouilles van uit Moeara Tambesi, Moeara Tebo en Telok Kajoe Poetih, althans was hij volgens de laatste berichten uitgeweken naar het Indragirische en gesignaleerd aan de Oeloe Gangsal. In de Batang Hari- en Kwantan- districten schijnt hij niet meer te durven ophouden. 7. Raden Mat Tahir koos in September 1903 de partij van verzet. Toen hem in het oude apanagegebied van zijnen vader het goederenvervoer niet werd gegund en de transportaanne ming aan een zijner tegenstanders gegeven werd, verliet hij vergezeld van zijne beide broeders Raden Achmad en Raden Seman onze vestiging te Moeara Tambesi, waar hij woonde. Reeds den 9en October d. a. v. begon hij de vijandelijkheden en zijn energie, gepaard aan den feilen haat, dien hij het bestuur toedraagt, benevens zijn invloed, die hij heeft op andere Djam- bische vorstentelgen maakt, dat hij gerekend kan worden onder onze grootste tegenstanders. 8. Zijn invloed in het vroegere apanagegebied zijns vaders, schijnt echter niet groot meer te zijn, want hij vertoont zich daar nimmer meer en pogingen zijnerzijds om weder tot daar door te dringen, hebben gefaald. 9. Na in 1904 en 1905 achtereenvolgens verdreven te zijn uit het Kompeh-gebied en andere deelen van de Djambische 12

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 189