28 -
„De Brigade van generaal Kigoshi had bij het bezetten van
„de heuvels Noord van Yujurinshi een hevig gevecht. Doe
„Uw best om 's vijands rechtervleugel te zamen met de Okasaki
„Brigade aan te grijpen."
Hierop veranderde Generaal Sasaki zijn oorspronkelijk plan
en besloot hij naar het Noorden op te rukken. (Was dat wel
goed gezien van Generaal SasakiHij staakte nu de ver
volging en bereidde den march naar het Noorden voor, doch
het warme weer en de vermoeidheid van de troepen ver
traagde de beweging ten zeerste en eerst ten 6 ure n.m.
waren het 14de Regiment Infanterie en 1 batterij veld-artillerie
gereed voor den afmarsch naar Nosanhenrei. De troepen die
aan de vervolging hadden deelgenomen en het Eskadron Cava
lerie kwamen ten 7 ure n.m. te Henrei terug. Generaal Sasaki
gelastte te Henrei den Commandant van het 47ste Regiment
Infanterie, na verzameling van het Regiment te Henreinaar
Nosanhenrei te marcheeren, hij zelf ging daarheen met 1 Com
pagnie van het Regiment. Het 47ste Regiment werd op marsch
naar Nosanhenrei om 8 uur n.m. door de duisternis genoopt
■den marsch te staken en de troepen te doen bivakeeren nabij
Nosanhenrei. Om 10 uur n.m. waren de bivaks betrokken.
Okasaki Brigade.
Generaal Okasaki kreeg van Generaal Sasaki bericht dat
deze naar Yujurinshi oprukte. Hij gelastte daarop den Com
mandant van het 30ste Regiment Infanterie met 2 Bataljons
voorwaarts te gaan naar 's vijands flank in vereeniging met
•de linkercolonne. De Regiments Commandant gelastte de
troepen onder zijn commando te verzamelen in een vallei West
van Henrei en juist was men daarmede gereed, 7,30 n.m., toen
'hij het 47ste Regiment Infanterie uit de richting Rihikoku naar
Henrei zag terugkeeren. Hij dacht nu dat de linkercolonne
■de vervolging staakte en vond daarin aanleiding naar Chohairei
terug te gaan en zijn troepen bij de hoofdmacht van de Brigade
't kwartier te doen betrekken.
De linkercolonne en de Brigade konden zoodoende geen
deel nemen aan den aanval van de rechtercolonne. Het heete
weer, de vermoeidheid van de troepen en het moeielijke terrein
waren hiervan echter de hoofdoorzaken.