29 als b.v. dat van de korpstreinen, met uitzondering van het kookgereedschap hetwelk bij de landing zou worden verstrekt, dat van de geweermakers, opnemers, enz. zou op de troepen schepen vervoerd worden. Een opgave van de benoodigde scheepsruimte werd daarvoor niet noodig geacht. Ten einde bij een eventueel groot aantal zieken en gewonden de noodige verpleegruimte te hebben, werd bepaald, dat bij gevaar voor overvulling van de militaire hospitalen te Soerabaja en Malang in eerstgenoemde plaats barakken zouden opgericht worden, terwijl te Malang voor dit doel beschikt kon worden over de ontruimde kazernes van het 19de Bataljon Infanterie, dat nog in Celebes ageerde. Met het oog op het veelvuldig voorkomen van natuurlijke pokken in Bali, werd den Chef over den geneeskundigen dienst opgedragen maatregelen te treffen voor het doen révaccineeren van allen, die aan de expeditie zouden deelnemen. Intusschen was de observatiecompagnie voor Boeleleng sterk: 4 officieren der infanterie, 1 officier van gezondheid, 1 adjudant onderofficier kwartiermeester, 3 Europeesche ziekenverplegers, 2 Inlandsche ziekenverplegers, 1 Europeesch soldaat schrijver, 10 Europeesche onderofficieren, 35 Europeesche minderen, 6 Inlandsche onderofficieren en 99 Inlandsche minderen, benevens vrouwen en kinderen der minderen (zie Hoofdstuk I), den lOden Juni te Pabean Boeleleng gedebarkeerd. In overleg met den resident en na bespreking met den aldaar bescheiden kapitein van den Gerieralen Staf werden daarvan drie patrouilles (detachementen) geplaatst als volgt: twee elk sterk 20 bajonetten met 1 ziekenverpleger, respec tievelijk te Moendoeq en te Tamblang; een sterk 10 bajonetten te Git-Git. De detachementen hadden tot opdracht: bescherming dei- hoofden en bevolking in den omtrek van hunne legeringsplaats tegen eventueele invallen van uit Tabanan. Tevens werd den commandanten opgedragen door ijverig en oordeelkundig patrouilleeren binnen de hun aangewezen grenzen de landstreek grondig te leeren kennen en den troep te gewen nen aan het marcheeren in het zware bergtenein aldaar.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 349