47
kregen met den eersten seinpost, waarna bevolen werd den
marsch voort te zetten, om te trachten een meer westelijk ge
legen punt te vinden, van waar de hoogterand ten N. van
Sanoer, de hoofdpoeri in Dènpasar en het neerkomen van pro
jectielen zou kunnen worden waargenomen.
Een groep gewapenden, die zich intusschen verzamelde in
het Z. gedeelte van kampong Tandjoengboengkak verdween,
toen een gedeelte der troepen zich daartegenover ontwikkelde.
Inmiddels had zich het hoofd van Kg. Renong bij den bevel
hebber gemeld en medegedeeld, dat Pandjer en Sesetan door
den vijand bezet waren, waarom bij den verderen opmarsch
de troepen in breed front werden ontwikkeld.
Door de hoog opgaande tweede gewassen, de talrijke diep
ingesneden waterleidingen en de zeer drassige sawahs, gelukte
het pas na een inspannenden marsch van ruim 3J uur den
Oostrand van Pandjer tot op 100 M. te naderen. Op dat punt
meldde zich het hoofd van die kampong bij den commandant
der voorste troepen en deelde hij dezen mede, dat een bende
vijanden, uit Dènpasar afkomstig, die de kampong had bezet
gehouden, bij de nadering der troepen haar had ontruimd.
Om de zeer moerassige strook aan de Oostzijde van de kam
pong te vermijden, deed de bevelhebber de troepen aan de
Noordzijde daarvan verzamelen en werd aan een deel der colonne
(18e bataljon, 2 sectien 3,7 Sn., 1 sectie genietroepen, waaraan
toegevoegd de kapitein van den Oeneralen Staf en 1 opnemer)
opgedragen, die kampong van Noord naar Zuid te doorzoeken,
terwijl het andere deel (20ste bataljon, 1 sectie genietroepen,
waaraan toegevoegd de kapitein adjudant van den Bevelhebber
en 1 opnemer) om de kampong heen zich naar den weg Pan-
djer-Sesetan zou begeven.
De cavalerie dekte de rechterflank der troepen.
Beide afdeelingen werden dadelijk bij den opmarsch in het
buitengewoon bedekte terrein op korten afstand beschoten door
enkele schutters. Bij het verder oprukken bleek de kampong
Pandjer veel uitgestrekter dan de kaart deed vermoeden en was
zeer spoedig het verband tusschen de afdeelingen verbroken.
Daar het niet mogelijk was gebleken, om met den reeds
uitgestelden seinpost in gemeenschap te komen, en ook de poeri