Bijlage VIII.
Wenken uoor colonne- en patrouilfecommandcmien.
Buiten de voorschriften opgenomen in de bladzijden 106 tot
116 van het Infanteriereglement N. 1. II, en de bepalingen en
wenken voorkomende in den Leidraad velddienst I. V. en het
daarbij behoorende aanhangsel, wordt voor den strijd tegen den
Balineeschen vijand, de aandacht van de verschillende bevel
hebbers op het navolgende gevestigd.
Ie. Uit vroegere expedition tegen de Balische bevolking en
daarmede verwante stammen is gebleken, dat zij veelvuldig ge
bruik maken van lansaanvallen, die verrassend, bij voorkeur op
de flanken of in den rug van ageerende troepen worden onder
nomen. Meermalen ook bleef het bij eene bedreiging, met het
doel den opmarsch der onzen te vertragen.
De nadeelen die uit eerstgenoemde wijze van optreden kunnen
voortvloeien, kunnen worden voorkomen door een oordeelkundige
toepassing van de beginselen in de bovenaangehaalde reglementen
neergelegd; door eene bloote bedreiging late men zich nimmer
verleiden, om een voorwaartsche beweging te staken, doch men
bestemme een afzonderlijke afdeeling, om den vijand te blijven
waarnemen en hem door vuur te verdrijven, zoodra hij binnen
vuurbereik komt.
2e. De eigenaardige bouworde van de Balineesche desa's,
noopt tot groote behoedzaamheid bij het binnenrukken en door
schrijden van bewoonde oorden. Verkeert men in twijfel omtrent
de gevoelens der bevolking van eene op den marschweg gelegen
desa, of bestaat er gegronde reden om eene tot dusverre be
vriende bevolking te wantrouwen, dan verdient het aanbeveling
die desa niet binnen te gaan, zonder zich vooraf zekerheid te
hebben verschaft omtrent de bedoelingen der bewoners. Men
zal daartoe het desahoofd of eenige leden van het desabestuur
kunnen ontbieden en onder hun geleide de desa doortrekken.
Bij het betrekken van bivaks in bewoonde oorden, verzuime