13 om over de sawahvlakte te vluchten werden door het vuur van de op den heuvel opgestelde troepen verijdeld Het groot ste aantal vluchtelingen zocht daarom een goed heenkomen in het terrein ten Westen van Dena; het meerendeel had zich van kleederen en blanke wapens ontdaan, om geen belemmering in hun beweging te ondervinden. Om 3 uur n.m. was de kampong geheel genomen en de vijand allerwego afgetrokken. Hij liet in onze handen 103 gesneuvel den achter, terwijl 12 voorladers met munitie en eene groote hoeveelheid blanke wapens werden buitgemaakt. Vermelding verdient nog, dat ook nu weder, zoowel bij Rasan- garoe, als bij Dena, witte en Hollandsche vlaggen waren uitgesto ken, waarom van onze zijde de vijandelijkheden niet geopend werden, voordat de opstandelingen de colonne ernstig bedreigden. Om 374 uur n m. werd langs de kampong Sila, die nu ook hare onderwerping aanbood en eene 20 tal geweren alsmede blanke wapens inleverde, naar het strand teruggemarcheerd. Hierbij moest omstreeks 6 uur n.m. de sterk gezwollen Dena- rivier worden overgetrokken. Nadat ik met l1/2 brigade was overgegaan, nam de waterstand in de rivier zoo snel toe, dat de rest van de colonne haar niet meer passeeren kon en aan den oever een bivak moest betrekken. Met de overgegane afdeeling bereikte ik omstreeks 9V2 uur n.m. de ter reede liggende Siboga, terwijl de rest van de colonne onder Kapitein SiebelhofF, den volgenden morgen het strand bereikte en zich om 7 uur eveneens op dien oorlogsbodem in scheepte. Onmddellijk hierna werd naar Bima teruggekeerd, alwaar de colonne om 972 uur v.m. aankwam. Dien dag, en den 28sten Februari werd den troep rust gegeven. Niettegenstaande de groote inspanning welke op den 25sten en 26sten Februari van den troep was gevorderd geworden, heerschte zoowel bij de marineafdeelingen als bij de maréchaus- sée, een uitstekende, opgewekte geest. Gedurende onze afwezigheid waren te Bima bij het bestuur nog 3 achterladers en 74 voorlaadgeweren ingeleverd. Den 28sten Februari kwamen daar een 90 tal hoofden met honderden volgelingen hunne onderwerping aanbieden, onder overgave van 158 voorladers, 400 lansen en 500 krissen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 485