- 24 aan die brug, eenige schoten gehad' uit het dichte boschterrein zijwaarts van de kloof, tengevolge waarvan een officiersbe- diende doodelijk was getroffen. De vijand liet dezen dag 43 gesneuvelden in onze handen, waaronder 6 hoofden. Hiertoe behoorde ook een zekere Dea Boeseng, die de rechterhand van La Oenroe was geweest. Voorts bekwam de tegenpartij een groot aantal gewonden, waarvan een 30 tal gedurende de volgende dagen, in het bivak te Tali- waüg zich onder behandeling kwam stellen. Onzerzijds waren zwaar gewond 4 Amboineesche maréchaussées, licht gewond een Europeesche korporaal ziekenverpleger en een matroos, terwijl een officiersbediende levensgevaarlijk was gewond. Buit werden gemaakt 4 achter- en 6 voorladers, 5 lilla's en een groote hoeveelheid munitie en blanke wapens. Daar de colonne een 7 tal gewonden had, waaronder 2 levens gevaarlijke, werd om 11 uur v.m. naar Tali wang teruggemar- cheerd, nadat te voren de versterkingen in Sepagara waren opgeruimd. De terugweg werd genomen door de kloof en over kampong Tamekan. Hier, zoowel als bij de kloof, waren witte vlaggen uitgestoken, echter werd van de bevolking niets bemerkt. Om 2 uur n.m. werd Taliwang bereikt. De gewonden werden ingescheept op H. M. Siboga, welk schip hen naar Makasser zou overvoeren. De Luitenant Baron de Vos van Steen wijk, met het snelvuurkanon en zijne bediening bleven te Taliwang achter, terwijl de overige marinetroepen naar boord terugkeerden. De 20sten Maart was tot rustdag bestemd. Ingevolge de in lichtingen op dien dag verkregen, n.l. dat La Oenroe na den val van Sepagara in Noordelijke richting zou zijn gevlucht en zich, vergezeld van slechts een gering aantal volgelingen, zou ophouden in kampong Moteng, dan wel in een sawahhuisje in de nabijheid van dien kampong, droeg ik den kapitein adjudant Siebelhoff op, om met 3 brigades maréchaussée, in den nacht van 20 op 21 Maart eene poging te doen, ten einde die bende te overvallen. De Luitenant ter Zee Baron de Vos van Steenwijk werd bij deze colonne ingedeeld. Om 12 uur 's nachts werd in alle stilte vertrokken, slechts dragers voor tandoes werden medegenomen en voorts 1 soldt. ziekenverpleger en 3 geniesoldaten met springmiddelen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 496