- 5 onderofficieren aangewezen. Een officier kan dan als hun onmid dellijke chef worden aangewezen. Zijn er minder dan 100 reser visten, dan kunnen twee hsien onder 1 districtsonderofficier ver- eenigd worden. Voor elk district van 200 reservisten der tweede categorie wordt een eigen districtsofficier aangewezenzijn er minder dan 150, dan staan ze onder het districtsbestuur der reserve I. De eerste reserve wordt elk jaar tot het houden van herha lingsoefeningen met. inspectie gedurende vier weken onder de wapens geroepen. De tweede reserve heeft eens in de twee jaar eene dergelijke herhalingsoefening met inspectie bij te wonen. Na beëindiging van den diensttijd houdt alle verband van de manschappen met de weermacht op. In geval van oorlog kun nen zij, indien zij zulks verzoeken, tot het 45ste levensjaar op nieuw.ingelijfd worden. 2. Indeeling. De Lu-Kiun bestaat uit een aantal samengestelde divisiën. Groeping van divisiën tot eenheden van hoogere orde be staat nog niet. Wel schijnt men meerdere divisiën onder een in specteur-generaal te willen stellen. Ook wordt medegedeeld, dat eene actieve divisie met hare reserveformatiën, IJ divisie, (zie onder mobilisatie), een legerkorps zou vormen, terwijl de dis locatie (Bijlage 1) erop wijst, dat men in oorlogstijd in Mand- sjoerije, in het Noordoosten en in het Zuidoosten van China de daar staande divisiën tot Legers wil vereenigen. Reeds thans is de onderkoning van Mandsjoerije belast met het bevel over de divisiën in zijne provinciën en is hem daartoe een staf toe gevoegd. Ook werden op het einde van 1908 of in het begin 1909 de lste, 8de, 5de en 6de divisie tot het Leger van Peking vereenigd echter is de 3de divisie gedetacheerd naar Mandsjoe rije, terwijl de 5de in Shantung staat, zoodat dit Leger in werkelijkheid niet meer dan twee divisiën bijeen heeft Eene divisie bestaat, behalve uit den divisiestaf, uit: 2 brigades infanterie, 1 regiment cavalerie, 1 regiment bereden artillerie, 1) De lste, 2de, 3de, 4de, 5de en 6de divisiëü worden te zamen meermalen het Noor- derleger genoemd, echter zonder dat hieruit tot een in vredestijd bestaand commando over deze divisiën mag besloten worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 531