33 zoodanig opgerold, dat hij geheel onder de pet gedragen kan worden, 's Zomers schijnt ook een stroohoed gedragen te worden. Er bestaat eene zomeruniform van khaki stof en eene winter- uniform van blauwe wollen stof. Het is al gebleken, dat de blauwe uniform, in vergelijking met die in khaki, volstrekt niet voldoet aan de thans gestelde eischen van weinige zichtbaarheid. Een hemd wordt niet gedragen, wel sokken. De kleeding wordt door de intendance verstrekt. Onderscheid tusschen de wapens en diensten De verschillende wapens en diensten worden onderscheiden door verschillend gekleurde schouderbedekkingen, n.l.: Infanterie: rood. Cavalerie: wit. Artillerie: geel. Genietroepen: blauw. Geneeskundige en hospitaalcompagnieëngroen. Paardenartsenolijfgroen. Intendance: zwart. Trein: lichtbruin. Muziek: grijs. Op de linkerschouderbedekking is aangebracht het regiments nummer, op de rechter de nummers van het bataljon, van de compagnie, van de sectie en van den man zelf, alles in Chineesche teekens. De rangonderschoidingsteekenen zijn de volgende: a. Opperofficieren (Mandarijnen van den lsten en 2den rang). Roode knoop aan de vóórzijde van de petaan elke zijde van de pet drie smalle, recht opstaande, gouden galons; 3 vergulde knoopen op het benedeneinde van de mouwen (dienstkleeding). b. Hoofdofficieren (Mandarijnen van den 3den en 4den rang). Blauwe knoop aan de vóórzijde van de pet; aan elke zijde van de pet twee smalle, rechtopstaande, gouden galons; 2 vergulde knoopen op het benedeneinde van de mouwen (dienstkleeding). c. Subalterneofficieren (Mandarijnen van den 5den en 6den rang). Witte knoop aan de vóórzijde van de petaan elke zijde van de pet één smal, rechtopstaand, gouden galon1 vergulde knoop op het benedeneinde van de mouwen (dienstkleeding). 8

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 559