38 Het gehalte der tegenwoordige militairen is aanzienlijk beter dan bij de oude formaties. De soldatenstand wordt niet meer met verachting beschouwd, zooals vroeger het geval was. De voorbeeldig ordelijke wijze, waarop de troepen zich gedurende de manoeuvres hebben gedragen, heeft een zeer gunstigen in druk op de plattelandsbevolking gemaakt. Het Legerbestuur is erop uit, het nationaliteitsgevoel der manschappen op te wek ken en te sterken door het doen zingen van vaderlandsche en andere liederen, waarin o.a. de Grieksche vrijheidsoorlog, Lord Byron, George Washington, de ondergang van Polen, het verlies van de onafhankelijkheid door Annam en Egypte, enz. bezongen worden. Zelfs heeft men de Marseillaise aan Chineesche toe standen aangepast. Ook worden voordrachten over de meest verschillende onderwerpen op militair gebied gehouden. Lichamelijk is de Chinees zeer geschikt voor den militairen dienst. Geen alcoholmisbruik in vorige geslachten heeft hem ontijdig verzwakt, terwijl opiumschuivers niet aangenomen wor den; hij is gezond, sterk en taai, stelt geen hooge eischen aan voeding en huisvesting, terwijl zijn geest voldoende ontwikkeld is, om spoedig te begrijpen, wat in het leger van hem verlangd wordt. Het is echter gebleken, dat hij zich slecht voegt naar de militaire tucht, vooral nu het gelukt is, zijn gevoel van eigen waarde te verhoogen. Het eene komt met het andere in botsing, waarbij in aanmerking genomen moet worden, dat de officieren nog weinig bedrevenheid in het handhaven van de krijgstucht hebben. Het mag dan ook niet verwonderen, dat desertie ook onder het nieuwe systeem voorkomt, doch in mindere mate dan vroeger. Ook bewijzen de ernstige ongeregeldheden onder de nieuwe troepen te Kanton bij gelegenheid van de Chineesche Nieuwjaarsfeesten in 1910 en de muiterij onder de troepen te Tsing-Kiang-Pu aan het Keizerkanaal op den 20sten Maart 1910, dat de geest onder de manschappen nog niet overal voldoet aan de eischen, door eene goede discipline gesteld. De beste manschappen zijn afkomstig uit de provinciën Hu nan, Nganhwei, Honan, Shantung en Kiangpeh. OverdeMand- sjoe's wordt minder gunstig geoordeeld. Bij de onderofficieren wordt algemeen gebrek aan initiatief

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 564