zwervende zou blijven. Door den moord op den Oeléëbalang Tgk. Ma Ali (Augustus 1908) had Tgk. Dagang die familie met haar aanhang tegen zich gekregen en vreesde hij aan de „Kompenie" verraden te worden. Tot einde Februari werd zonder succes gezocht. Begin Maart werd mijne instructie in dien zin aangevuld, dat ik, indien het mij mocht gelukken een man te vinden die gene gen was 'mij naar de schuilplaats van Tgk. Tjhi Majét te brengen, den Commandant der 4e Divisie Marechaussee te Lam Meulo zou verzoeken zelf met een 4-tal brigades aan de overvalling deel te nemen, om zoodoende de schuilplaats geheel in te sluiten. In het tijdvak 12 t/m. 21 Maart werd van uit het bivak Tangsé gepatrouilleerd en eenige malen aanraking met den vijand verkregen, waarbij enkele volgelingen der Tiro Teung- koe's en van Teungkoe di Boekét het leven lieten. Ook vernam ik uit spionnenberichten, dat Tgk. di Boekét zich thans weer in de schuilplaats ophield. Ik loofde 1000. belooning uit aan den man die mij de schuilplaats der Teung- koe's wilde wijzen, en voorzag tevens een 4-tal spionnen van instructie tot het nagaan der gangen en uithooren van even- tueele in de vlakte verschijnende fourageurs. Inmiddels was het gelukt van rotanzoekers eenige aanwij zing te verkrijgen omtrent de ladangs van Peutoea Gam Ma- sén en werd in afwachting van nadere berichten omtrent de Tiro Teungkoe's besloten eerst dit bendehoofd op te sporen. Den 22sten Maart werd om 8 u. v. m. uit het bivak Tangsé afgemarcheerd met een patrouille ter sterkte als boven aangege ven met 8 dagen vivres (4 dagen bij den man). De wd. Oeléëbalang van Tangsé, Panglima Brang Banta, wien ik had verzocht mij een gids te leveren, die aan de Llr. Sikoeléh den weg wist, bood zichzelf als zoodanig aan en vergezelde de patrouille. Dien dag werd langs de Kr. Tangsé stroomopwaarts gemarcheerd en bivak betrokken aan de Koeala Aloeë Bateë Mirah (r. zijrivirtje v/d. Kr. Tangsé). Den 23sten Maart werden in Z. richting de steile heuvels op den Kr. Tangsé oever beklommen; boven op den tjot een spoor van neushoornjagers gevonden en dit gevolgd. Dien

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 581