5 dat ze afkomstig waren van fourageurs van Peutoea Gam of Keutjhi Maka, die volgens bericht aan de Kr. Sikoeléh ver bleven, schatte ik den afstand tot de schuilplaats nog minstens een dagmarsch, terwijl ik nog slechts over 2 dagen vivres be schikte. Ik zond daarom de 6e brigade (comdt. Eur. sergt. Molier alg. stb. No. 54687) met de overtollige dwangarbeiders naar de vlakte terug. Deze brigade legde in den rand van de gp. Poetjo Kawa nog bij verzet 1 Atjeher neer, die met blanke wapens op de patrouille attakeerde. Deze man werd herkend als Si Ben uit gp. Poetjo Kawa. Ik zelf bivakeerde met de 5e brigade, waarvoor ik nu 4 dagen vivres had, aan de Poetjo van de Aloeë Tho. De sporen werden den volgenden morgen gevolgd over den top van den Gn. Poetja Toedong, vervolgens werd neergedaald in de Aloeë Palong en over een waterscheidenden tjot in W. richting gemarcheerd naar de Kr. Sikoeléh (O. bronrivier), waar werd gebivakeerd. Den 29sten Maart werden de sporen, die de Kr. Sikoeléh opliepen, gevolgd en tegen den namiddag de Poetjo van een Aloeë bereikt, waarin werd afgedaald. Na eene zeer bezwaarlijke daling van 2-)- uur bereikten wij weer de Kr. Sikoeléh en stonden voor eene oogenschijnlijk verlaten schuilplaats, gelegen aan den tegenovergestelden (1.) oever van de Kr. Sikoeléh. Daar wij echter doorloopend sporen hadden gevolgd besloot ik toch de schuilplaats zoo omzichtig mogelijk te naderen. Ik liet een uitgezocht aantal marechaussées voorzichtig de ter plaatse zeer diepe rivier doorwaden en de schuilplaats besluipen. Een der hutten bleek bewoond aanwezig waren eene oude vrouw met kind en een man, die op het aan roepen stilstond, de wapens wegwierp en dus gevangen werd genomen. Het bivak werd betrokken in de overigens verlaten schuil plaats, welker aanwezigheid met het oog op het vergevorderde uur (6u 30 n.m.) een uitkomst voor den troep was. Intusschen werd de gevangene ondervraagd, die bereidwillig alle gewenschte inlichtingen gaf. Hij verklaarde te heeten Si Dirih afkomstig van Kloewang en 1 jaar geleden door Peu toea Gam Masén bij het rotan zoeken te zijn gearresteerd. Hij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 583