de steile helling afgesprongen. Na 31- uur dalen kwamen wij aan een flinke Aloeë, die volgens hare stroomrichting moest uitmonden in den Kr. Tiro en daarom door mij gehouden werd voor de Poetjo Kr. Meu, zooals ik den hoogen tjot, waarop de schuilplaats gelegen was, voor den Goenong Meureuseuë hield (later bleek de Aloeë de Simpang Alimón vallende in de Kr. Tiro tusschen de Aloeë Ie Sidjoeë en de Aloeë Ara, en de hooge Tjot de Alimón te zijn). Aan de Aloeë op de sporen der vluchtelingen bivak betrokken. De sporen, die de Aloeë afwisselend langs beide oevers afliepen, verder gevolgd, totdat ten 11 u. v.m. de spits de vluchten den inhaalde. Hoewel uit de bivakplaats bleek dat het bendetje -4- 12 personen sterk was, scheen vóór de overvalling een gedeelte reeds vooruit te zij n geloopen en een ander gedeelte, dat bezig was een hutje te bouwen en voedsel te zoeken, te zijn achtergebleven. Op het aanroepen vluchtten ze, 3 man werden neergelegd, 1 repeteergeweer M. 95 en 1 revolver buitgemaakt, terwijl een jongetje van 6 jaar ongedeerd werd gegrepen. Bij deze affaire waagden eenige marechaussée's hun leven, door zich van den steilen bijna loodrechten rotswand naar beneden te laten glijden om het repeteergeweer en het kind te grijpen. Hunne hoeden gingen hierbij verloren, ze bleven op de helling hangen en na het gevecht durfde niemand het wagen ze op te halen. Op een der lijken werd buitgemaakt een tjab ten name van Moehamad Basjit. Bij onderzoek bleek het jongetje een zoontje of neefje van Tgk. Tjhi Majét te zijn, althans hij betitelde dezen als vader en Tgk. di Boekét als oom. Het kind gaf bereidwillig alle mogelijke inlichtingen, verklaarde sinds het oogenblik van de overvalling van zijn vader en oom geschei den te zijn, en omtrent hun lot in het onzekere te verkeeren. Echter wees hij een buitgemaakte pedang aan als toebehoorende aan Tgk. Tjhi Majét, evenals de repeteerkarabijn, terwijl de Remmington door hem werd aangewezen als toebehoorende aan Tgk. di Boekét. Ik besloot daarop naar de schuilplaats terug te keeren om door het kind de lijken te laten her kennen. Wij marcheerden terug naar ons vorig bivak. In de nabijheid daarvan werden nog twee vrouwen gearres- 14

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 592