82 Pangeran Karto Negara en vele hoofden boden spoedig hierop hunne onderwerping aan. Op het bivak waren in dien tusschentijd slechts enkele schoten gevallen en was er overigens niets bijzonders voorgevallen. In den eerstvolgenden tijd werd veel van de krachten van de manschappen gevergd, daar door lagen waterstand de approvian deering veel tijd en veel dekking kostte en het bivak dagelijks beschoten werd, hetgeen ons op eenige gewonden kwam te staan. Den 22en Februari werd een prauw op weg naar Limboer van de oevers beschoten, met het ongelukkig gevolg, dat op enke len na alle inzittenden het leven lieten. De eenige militair, die het ongeluk overleefde, rapporteerde het volgende: „Het transport, bestaande uit den Europeeschen sergeant Mus man, een Eur. korporaal ziekenverpleger, een Amb. korporaal, acht Amb. fuseliers en zes dwangarbeiders, kwam omstreeks 8 uur v. m. te Pamenang, waar aan den wal koffie en thee werd gezet en het ontbijt genuttigd. Yele doesoenbewoners, een veertigtal, kwamen naar den troep kijken. Onder hen bevond zich een, die naar alles informeerde; of er een boot was gekomen, of er nog meer militairen kwamen, waar de sergeant heenging, enz. De sergeant beantwoorde die vragen en op zijn gezegde, dat hij naar Limboer ging, gaf men hem den raad te Djelatang te overnachten. Een half uur later vertrok de prauw en volgde de bewuste Djambiër in een djaloer. Na drie kwartier begaf deze zich naar den rechteroever en werd niet meer gezien, zoodat hij voor een spion gehouden werd. Te half drie kwam het transport te Djelatang, waar in de prauw het noodration genuttigd en daarna de reis vervolgd werd, Nadat men ongeveer 100 M. van die doesoen verwijderd was. werd van een der oevers vuur ontvangen, waardoor de dwang arbeiders, die aan de zijde der prauw zaten, waarvan gescho ten werd, plotseling naar de andere zijde overgingen, en de manschappen naar hunne geweren grepen, die op twee plaatsen bij hoopjes bijeen lagen. Hierdoor en ook door de zwaarte van het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1911 | | pagina 94