5
en het verder voortrukken der Divisie deed staken. Nog dezen
dag werd nu bepaald dat alle troepen van het 1ste leger zouden
oprukken naar Tözanjo. De 2de Divisie moest de omgeving van
Köraimon bezetten ter beveiliging van de bewegingen der hoofd
macht en verkenning in de richting des vijands. De garde Divisie
rukte op naar Tözanjo ten einde in de richting van Shngan, de
12de divisie naar Ijnjurinshi (Noord-Oosten van Tozanjö) om in de
richting Aiyöhemmon te beveiligen.
Het terrein bleek echter minder geschikt voor de uitvoering
van de aan het 1ste leger opgedragen taak, terwijl het terrein
bij Hööjö zich bijzonder goed eigende voor een optreden tegen
den vijand en wachten op den afloop van de operaties van het
2de leger.
Daarbij kwam dat het terrein bij Hööjö geschikt was voor
legering en voeding en als uitgangspunt voor operaties in
Noord-Westelijke richting. In verband met het vorenstaande
zond de Commandant van het 1ste leger den 6den Mei een voorstel
naar den Opperbevelhebber om Hööjö te bezetten.
Het Eskadron Cavalerie van de Garde Divisie, tijdelijk toege
voegd aan de 2de Divisie, ontmoette vijandelijke patrouilles Zuid
van Hööjö en drong deze in Westelijke richting; een detache
ment van 35 man Cavalerie onder een officier nam Noord-Oost
van Hööjö een patrouille van 30 man vijandelijke Cavalerie
waar en drong die in Noord-Westelijke richting terug.
De hoofdmacht van het Cavalerie Regiment bezette ten 6 ure
n.m. van den 6den Mei Hööjö.
7den Mei. De 2de Divisie overeenkomstig de bevelen van den
Commandant van het 1ste Leger was te Köraimon en beveiligde
de bewegingen van het leger.
De Garde en 12de Divisie marcheerden naar Ijnjurinshi.
De Commandant van het 1ste Leger ontving ten 6 ure n.m.
de volgende instructie:
„De zelfstandige 10de Divisie begint te landen op den 18den
Mei; als de omstandigheden gunstig zijn kunt ge Hööjö
bezetten".
De Commandant van het 1ste Leger, die Hööjö wilde bezetten
om daar op het 2de Leger te wachten, ontwierp nu den 8sten Mei
het volgende plan: