Zuidwaarts uit, betrok het bivak bij Soekatali, en keerde den
17den achter de voorposten bij Godang terug.
Tusschen Tjipaingeun en Leuwihieum kreeg de blauwe
Cavalerie voeling met de Roode voorposten.
De berichten van de Cavalerie der Ilde brigade bereikten
den Commandant der B. P. in den loop van den avond van
denzelfden dag (16den); die van de Cavalerie der 1 ste brigade
eerst den 17 den 's morgens, doordat het draadloos station te
Soemedang niet werkte.
Een om 7 uur n. m. van den 16den verzonden bericht
van de roode Cavalerie bereikte den Commandant der R. P.
om 2 uur v. m. van den 17 den September.
V. ODenregingen en Doornemens can den com
mandant der blaurne partij.
Blijkens de onderstelling ontving de Commandant der B. P.
den 16den September ten 7 uur n. m. (ingang vredestoestand)
het bericht, dat een vijandelijk detachement uit verschillende
wapens bestaande en welks Infanteriesterkte op 1 brigade
werd geschat, dien dag ten 2 uur n. m. te Tomo was
aangekomen, terwijl zich op dat oogenblik geen vijandelijke
troepen bevonden tusschen Tomo en Cheribon.
De Commandant der B. P. besloot, in verband met deze
gegevens, van den geïsoleerden toestand der tegenpartij gebruik
te maken om deze aan te vallen, met de bedoeling haar een
gevoeligen slag toe te brengen, alvorens zij ondersteuning zou
kunnen ontvangen.
Naar de meening van den Partij commandant beloofde een
aanval uit de richting Soemedang geen beslissend resultaat,
omdat daarbij, zelfs indien hij succes had, aan de tegenpartij
de gelegenheid zou zijn gelaten om in Z. O. richting via
Madjalengka in de richting van Cheribon terug te gaan. Naar
zijn oordeel kon alleen van een aanval uit de richting Darma-
radja op 's vijands linkervleugel met het doel hem af te
dringen van de beide even bruikbare, naar Cheribon voerende
terugtochtswegen, een beslissend voordeel worden verwacht.
Daartoe was eene concentratie van de hoofdmacht ten Zuiden
van de door den vijand bezette punten noodig.
11
