Om 81 v. m. bevond de colonne zich ongeveer ter plaatse
als vermeld in schets bijlage XX.
Om 10 uur v. m. kreeg de brigadecommandant last 1 sectie
Infanterie aan de Tjinambo achter te laten ter aflossing van
de Cavalerie, welke de veldartillerie der 1ste brigade had ge
dekt, en die Cavalerie zoo spoedig mogelijk door te zenden
naar Tjidjeundjing. De Cavalerie bereikte die plaats eerst na
het invallen van de duisternis.
Te 11.15 v. m. kreeg de Brigadecommandant te Tjidjeun
djing bericht van de vermeestering van het défilé van Sangi-
ang Beuheung door het Iste bataljon.
Van 11.30 v. m. 12 middag werd op last van den Leider
te Tjidjeundjing halt gehouden.
De Partijcommandant, de mogelijkheid overwegende, dat de
Roode partij zich te Karedok had genesteld, droeg om 9 uur
v.m. den Brigadecommandant op in die richting eene Cavalerie
patrouille uit te zenden. Deze patrouille bereikte Karedok om
1 2.20 n.m. en ontmoette daar eene patrouille van de 1ste Brigade.
Op dat uur ontving de Partij commandant van den Leider
een bericht van de zelfstandige Cavalerie, dat te Kadipaten
vijandelijke Infanterie was waargenomen ter sterkte van
1 000 man.
De Partijcommandant begaf zich naar Sangiang Beuheung,
waar hem door den Commandant van het 1ste Bataljon werd
medegedeeld, dat sterke afdeelingen Infanterie van uit Tjikalong
in opmarsch waren geweest, hetgeen den Partijcommandant
in de meening moest versterken, dat een eventueel deboucheeren
uit dat défilé slechts met inachtneming van bijzondere voor
zorgsmaatregelen mogelijk zou zijn.
Daar verder voorloopig niet op ondersteuning der 1ste Bri
gade kon worden gerekend, in verband hiermede een tegen
aanval des vijands geenszins uitgesloten en alles er aan gele
gen was zich in het défilé te handhaven, was den Commandant
der 2de Brigade mondeling reeds gelast de bezetting van het
défilé met 1 Bataljon Infanterie en de divisie bergartillerie te
versterken.
Te 12.20 gelastte de Brigadecommandant ingevolge deze
bevelen, dat:
18