detachement, noodzaakte tot terugkeer naar Paroegpoeg om
van daar dwars door het terrein naar paal 43 aan den grooten
weg te marcheeren. Te 11 uur 45 v. m. kon bedoeld bericht
te Waroengpeti telefonisch naar Darmawangi worden overge
seind, zoodat het door den Bevelhebber te Tjariang te 1 2 uur
's middags werd ontvangen.
Ivort hierop ontving de Bevelhebber van den Commandant
van een Cavalerie patrouille nog het bericht, dat 1 Bataljon
Infanterie den weg Soemedang—Tomo volgde, welk Bataljon
zich te 6 uur 40 v. m. met het hoofd nabij paal 32 bevond.
Dit bericht werd later, n. 1. te 5 uur 30 n.m., gevolgd door
een tweede, dat van bedoeld Bataljon 1 compagnie bij Legok
den weg over Tjonggeang was ingeslagen.
De 3de Veldbatterij, Infanterie XV, de genie en de tele
foonbrigade werden naar Darmawangi gezonden en zouden
daar nadere bevelen ontvangen.
De Partijcommandant begaf zich naar Darmawangi, alwaar
hij bij aankomst reeds vrij hevig hoorde vuren in de richting
Sangiang Beuheung.
Dit gaf den Partijcommandant aanleiding het gros der voor
posten (1 compagnie), van Darmawangi te doen oprukken naar
Sangiang Beuheung en den Commandant der Artillerie te 7 uur
45 v. m. te bevelen met beide batterijen in bewakingsstelling
te komen nabij Pr. Djagahoetan N. O., met opdracht het
deboucheeren van den vijand uit beide meergenoemde défilés
en de tusschen en nevengelegen boschranden te beletten. Met
dit oogmerk was de bergbatterij tevoren reeds op bevel van
den Commandant der voorposten te Darmawangi naar Pr.
Djagahoetang afgereden, om daar in bewakingsstelling op
te rijden.
De veldbatterij stond te 9 uur v.m. in stelling op 200 M.
ten Zuiden van de Z. O. punt van Darmawangi op den W.
oever van de Tji Saarlanang, gereed tot vuren in de richting
Sangiang Beuheung, waar toen geweervuur werd gehoord.
De bergbatterij had op datzelfde uur stelling ingenomen op
het Z. gedeelte van den Pr. Djagahoetang N. O.
Een observatiepost der Artillerie stond op het Oostelijk
gedeelte van den Pr. Tjariang.
22
