59 of voertuigen, reeds een treingewicht van A 200 ton wordt vereischt, zal het duidelijk zijn, dat de gebezigde troepen- treinen op de bergsecties in dubbele tractie moesten rijden, waarbij het gewicht in tonnen het dubbele van de boven aan gegeven getallen mag bedragen. Omtrent het in- en uitladen van troepen en materieel zij het volgende opgemerkt. De verschillende korpsen en staven ontvingen een marsch- tableau (bijlage 1), waarop aangegeven stond datum en uur van vertrek, uur van aankomst enz. Aan elk marschtableau was bovendien gehecht een staat, bevattende eenige algemeene bepalingen (bijlage 2) en een staat, waarop de loop der ver schillende treinen was vermeld (bijlage 3). Deze laatste staat diende in het bijzonder, om daaruit van te voren na te gaan, of er op eenig station voldoende oponthoud zou zijn, om b.v. de manschappen te laten uitstappen, of de paarden te drenken. Voor het laatste doel waren op een 4-tal stations, n.l. Maos, Bandjar, Tasikmalaja en Poerwakarta door tusschenkomst der Intendance een paar groote waterba lies opgesteld, welke door de zorg der S.S. met drinkwater voor paarden werden gevuld. In de reeds genoemde „Algemeene bepalingen" was aanbe volen paarden en materieel daags te voren in te laden, indien 's nachts dan wel 's morgens vroeg werd afgereisd. Wel is waar, kan ook 's nachts worden ingeladen, maar zulks kost aanzienlijk meer tijd dan overdag. Er moet dan echter steeds worden gezorgd eigen verlichtings middelen mede te nemen, want de verlichting der emplacemen ten, op de groote stations reeds onvoldoende, is op de kleine stations nihil. In het voorschrift „Regeling van het militair vervoer over spoor- en tramwegen" vinden we uitvoerig aangegeven, op wel ke wijze het in- en uitladen van troepen, paarden en mate rieel geschiedt. We vinden daar o. a. vermeld, dat troepen te voet minstens 1/2 uur, troepen te paard minstens 1 uur voor het vertrek van den trein aan het station moeten zijn. Voor de infanterie is deze tijd ruim voldoende, mits op de voorgeschreven wijze wordt te werk gegaan. Gaat men daaren-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1912 | | pagina 71