Bijlage XXXIII.
Beschrijving van de benting Lalilondong,
27 Juni genomen.
Voor het inwendige wordt kortheidshalve verwezen naar de
schets, opgemaakt door den 2den luitenant J. Engelbert van
Bevervoorde (schets 12).
De wal was 8 M. hoog, 2 34 M. onder de kruin bevond
zich een pagger van aangepunte bamboe en op die kruin een'
tweede pagger, terwijl tusschen die paggers zich een verhakking
bevond.
De hellingen, waarlangs de aanvalscolonnes naar boven gingen,
zijn zeer steil, naar schatting tusschen 35° en 45°
Beschrijving van Boentoe-Batoe (Baroepoe).
Schets 11 geeft Baroepoe van top B. gezien. Naar schatting
wordt het 50 M. hoog door Lalilondong beheerscht.
Van Lalilondong loopt een zeer goed pad met treden, hetwelk
de verbinding der beide versterkingen vormt.
Baroepoe vormt een reusachtigen kubus, kunstmatig loodrecht
afgebikt en 70 a 80 M. boven de kali Baroepoe.
Voor zoover is kunnen worden nagegaan, bezit het slechts
één in-(uit)gang en wel aan de W. zijde (naar Lalilondong).
Hier loopt een pad in de heuveltjes a en b uitgehouwen en
door b' gaande, waarna het middels een bamboe over een 8
a 10 M. diepe en 6 M. breede droge gracht voert, welken in
het ravijn verloopt. Een poort in de rots (zandsteen) geeft
toegang tot het inwendige van Baroepoe. Borstweringen met
houten balken opgezet zijn met korte dikke strepen aange
geven. De poort wordt bestreken uit loopgraven, gelegen tusschen
bamboestoelen. Achter een dezer stoelen is het pad zichtbaar;
het verdwijnt daarna weder in een 2de poort. Dit gedeelte is
in den wand (d) uitgehouwen, loopt langs een loodrecht ravijn,
terwijl spleten op het pad uitkomen, waardoor de passeerenden
middels stokken of met de hand in het ravijn kunnen worden
gestort.