39 9. Zonder aan het offensief optreden te kort te doen, zal het bivak, zelfs waar het voor een enkelen nacht betrokken wordt, zoo mogelijk van versperring pagger, verhakking worden voorzien, waardoor wij tegen een eersten aanloop gevrijwaard zijn en het ontvluchten van dwangarbeiders en stelen van wapens bemoeilijkt wordt. 10. De wachtdoende troepen zullen aan den rand van het bivak legeren; de overige daarbinnen. 11. Bij het betrekken van een bivak moeten latrines gemaakt worden of plaatsen worden aangewezen waar de behoeften gedaan worden. 12. De officieren en adjudant-onderofficieren hebben geen aanspraak op koelies of op indemniteit daarvoor; zij moeten hun bagage middels eigen bedienden laten vervoeren. Het be lasten van de koelies, voornamelijk die van den gevechtstrein, met goederen van koks, onderofficieren en officieren moet wor den tegengegaan; aanhoudend toezicht daarop is noodig. 13. Wanneer uit een bivak een gedeelte van den troep tijdelijk uitrukt, moet aan de minderen worden overgelaten, of zij den veldzak wenschen mede te nemen en wat zij daarin wenschen te bergen. 14. Het kappen van struikgewas en graven in en bij de bivaks is verboden. 15. In de bivaks worden geen andere signalen geblazen dan morgen- en avondappel; het halen van het middageten geldt voor middagappel. 16. De commandanten van korpsen en detachementen dragen zorg, wanneer daartoe maar eenigszins de gelegenheid bestaat, gekookt drinkwater (thee) voor troepen beschikbaar te doen stellen. Het gebruik van ongekookt water moet zooveel mogelijk worden vermeden. De Bevelhebber der Expeditie naar Zuid-Celebes. VAN LOENEN.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1915 | | pagina 163