23
19 Juni werd te Tandjong Priok een aanvang gemaakt met
het inladen op het magazijnsschip Bromo van de te Batavia in
te nemen lading, waarna het 3 Juli naar Soerabaia werd gesleept
om het aldaar gereed gehouden materieel in te laden.
23 Juni werden de regelingen voor de inscheping en den
overvoer van de expeditionnaire troepenmacht vastgesteld
waarbij gerekend werd dat alle schepen, uitgezonderd de Van
Riemsdijk, Soerabaia zouden aandoen, ook al hadden zij daar
geen personeel of lading voor de expeditie in te nemen,
en zulks om den voorraad drinkwater en levend vee aan
te vullen, en voorts om alle schepen dezelfde route te laten
volgen, waardoor zij elkaar zoonoodig hulp zouden kunnen
verleenen.
De Coen werd bestemd om het magazijnsschip Bromo te
sleepen.
Aan den Directeur van Justitie werd een opgave verstrekt
van de plaatsen, waar de benoodigde dwangarbeiders gereed
moesten worden gehouden, terwijl aan den Gouverneur van
Celebes werd gevraagd 200 vrije koelies te doen inhuren ten
gebruike bij het debarkement (lossen van goederen) en den
dienst op de operatiebasis.
Voorts werd nog gelast aan boord van het magazijnsschip
Bromo 20 karren met bijbehoorende trektuigen van de Trein-
compagnieën mede te voeren, ten einde deze te benutten bij den
opvoer van voorraden langs den weg Badjowé-Watamponé,
welke weg volgens de gegevens geschikt zou zijn voor kar-
renvervoer.
Ter uitreiking aan de officieren waren intusschen gereed
gemaakt:
boekjes, bevattende de voor de verpleging der expeditionnaire
troepen vastgestelde bepalingen;
op linnen geplakte schetskaarten van Zuid-West-Celebes,
schaal 1 200.000 (z. g. expeditiekaart) (2)
boekjes, bevattende gegevens betreffende Boni en aangrenzende
rijkjes
(1) Zie bijlage V.
(2) Zie schets 1.