44 Commandant Bevelhebber. Expeditionnaire Staf. Voorhoede 1 peloton cavalerie, compagnie maréchaussée, 2 compagnieën 19de bataljon, detachement genietroepen. Hoofdmacht: een compagnie 19de bataljon, artillerie, detachement genietroepen, 9de bataljon. Den 29en Juli werd de ont scheping van troepen en voor raden voortgezet. Nadat de cavalerie gedeeltelijk was geland, werd te 1030 v. m. met een colonne, samengesteld als in margine aangegeven, uit gerukt ter verkenning van de kampongs Lona N. en Z. en Tji- loewé met het oog op de ge schiktheid voor bivak, aangezien de strandbivaks hygiënisch niet gunstig waren. In het strandbivak bleven achter het L. H. 15de bataljon, de resteerende genietroepen en de trein (vrije koelies), terwijl een compagnie van het 19de bataljon ten 7 uur v.m. uitrukte om de strandkampongs ten Z. van Badjowé te doorzoeken. In Lona N. werd een geschikte bivakplaats gevonden voor één bataljon (het 9de) en één peloton cavalerie, welke macht hier werd achtergelaten. De overige troepen, waarvoor geen geschikte bivakgelegenheid werd gevonden, keerden naar hunne strandbivaks terug. De doorgetrokken kampongs waren geheel verlaten; van den vijand werd niets bespeurd. VII. Opmarsch naar Watamponé. Tochten der expeditionnaire troepen in Boni. Onder werping van het landschapsbestuur. Bestuursregeling. (30 Juli 21 Augustus 1905). Den 30en Juli eindigde de ontscheping en werden de laatste twee nog ingehuurde transportschepen afgedankt. Besloten was dien dag naar Watamponé op te rukken en deze plaats als uitgangspunt voor de verdere operatiën in te richten. In het strandbivak in kampong Balateloe-lalangé bleven het L. H. 15de bataljon, een detachement genietroepen, de paar- dentrein en de vrije koelies.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1915 | | pagina 48