23 Ook deelde ik den regent van Bonthain mede, dat men mis schien voornemens was overal de Isiams hun rust te verstoren, ln dien tijd waren wij hier in Qowa steeds ongerust en deed ik den regent van Bonthain de vraag, hoe hij over de overige Islains dacht. Het afschrift van dien brief voeg ik hierbij. Ten opzichte van de zaak van Gantarang-Matinggie: nauwe lijks ontving ik Uwen brief daaromtrent, of ik zond zendelingen derwaarts met een brief voor kraeng Gantarang om deze zaak te onderzoeken, doch mijne zendelingen waren slechts tot Tjam- ba geweest en hier teruggekeerd, bang zijnde om verder naar Gantarang- Matinggie te reizen. Om deze reden heb ik den brief van den Gouverneur onbeantwoord gelaten. Eveneens in zake aroe Laboeadja, waarvan men zegt, dat deze in mijn gebied is geweest; tevergeefs hadden mijne zendelingen naar hem gezocht en is ook niet bekend, waar hij zich schuil hield. Ik verzoek U daarom de persoon, die de schuilplaats in mijn gebied van aroe Laboeadja weet, hierheen te zenden, opdat men spoedig aan Uw verlangen kan voldoen. Ook deel ik U mede, dat ik aan het verlangen van den Gouverneur om op Dinsdag den 17den dezer des voormiddags ten 10 u. ten zijnen woonhuize te verschijnen teneinde mij dien brief te toonen en mijn antwoord daarop te hooren geen gevolg kan geven tengevolge van mijne zwakte. De .Gouverneur verlangt mij ditmaal te ontmoeten, mijnent wege 10 maal is mijn verlangen om hem te ontmoeten. Ook vrees ik ter zake den kleinen man in Gowa, daar ik zelf mo gelijk met een goed doel naar Makasser vertrek en hij misschien zal denken, dat de Gouverneur met mij iets anders voor heeft. Daarom bied ik U eerbiedig mijne verontschuldiging aan om te Makasser te komen. Mocht U echter mij iets te zeggen heb ben, of eene zaak met mij te regelen, dan verzoek ik U U te verwaardigen persoonlijk herwaarts te komen dan wel Uwen vervanger, opdat de menigte spoedig tot rust kome. Geschreven te DJONGAJA den 17den October 1905 17 Sabang 1323.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1916 | | pagina 167