56
b. werden beschoten. Aangezien punt b. gelegen was op een
60 M. hooge rots met loodrechte wanden was hiertegen niets
te doen en gaf ik bevel tot den stormaanval op benting a.
Hierbij moesten om de 20 M. steenen muren van 2 M. hoogte
worden geforceerd, welke om de benting waren aangelegd, het
geen den troep zeer vermoeide en ophield. Ten slotte gelukte
het mij met een groep bij de poort in den rug der benting te
komen (punt e) en deze te forceeren. Inmiddels was de sergeant
majoor Broekhuijzen van uit het Z. de benting binnen gedrongen,
alwaar vier dooden van den vijand werden gevonden en een
gevangene werd gemaakt. Om 6 uur nog niets van de sectie
Buijs ziende, doch hevig in N. richting hoorende vuren besloot
ik met 12 bajonetten in die richting te gaan en den sergeant
majoor op te dragen de overige manschappen en de gewonden
in benting a te verzamelen. Na ongeveer 400 M. te hebben ge
marcheerd vond ik de sectie Buijs bij punt die gedwongen
door het hevige vuur van uit de tevoren niet waargenomen
benting c bij zijn oprukken naar benting a zich tegen c had
gewend. Zij had een 3 M. hoogen muur vergeefs bestormd, was
van twee zijden onder vuur genomen en had zware verliezen
geleden n. 1. 2 dooden, 2 zwaar- en eenige licht gewonden.
Met het oog op de invallende duisternis gaf ik den luitenant
Buijs last zijne sectie binnen benting a te brengen, terwijl ik
met 8 man zijn aftocht zou dekken. Toen zijn afdeeling in
veiligheid was, verliet ik punt en begaf ik mij naar den trein
(punt 1). Ik kwam aldaar om half 11 aan en vond er ook den
luitenant Buijs met zijne afdeeling, welke niet naar benting a
had kunnen gaan, aangezien het transport van zijne gewonden
zulks onmogelijk maakte. Ik kon nu den trein niet naar benting
a brengen, daar ik geen voldoende transportmiddelen voor de
gewonden had en de troep uitgeput was, weshalve ik besloot
den nacht in deze positie door te brengen. Aangezien mij werd
gerapporteerd, dat een gesneuvelde tengevolge van onvoldoende
middelen niet verder vervoerd had kunnen worden en onderweg
zoogoed mogelijk begraven was en dat een korporaal vermist
werd, waaromtrent de berichten uiteenliepen en velen zeker
meenden te weten, dat hij gesneuveld was, werd na de noodige
rust de luitenant Buijs met 10 bajonetten uitgezonden om het