Bijlage LX.
EN REK AN G, 12 Maart 1906.
Ik heb de eer UHoogEdelGestrenge mede te deelen, dat ik
den 11 den Maart j.l. een verkenning heb gemaakt naar de
versterkingen te Kautoe en Rangas met een troep ter sterkte
van 220 bajonetten, 4 dagen vivres medevoerende met de be
doeling om zoo noodig dadelijk te kunnen optreden.
De versterkingen te Kautoe, gelegen ten Z. Z. O. van den
Bambapoeang op het W. gedeelte van een heuvelrug, bestaan
uit twee zwaar versterkte bentings, door loopgraven verbonden
en naar het westen gericht. Vlak er achter, ook op den rug, liggen
eenige huizen. Hiertegenaan sluit een groote rotsmassa met
voor zoover kan worden nagegaan, loodrechte wanden. Van
dit rotsplateau kunnen omtrek en bentings onder vuur worden
genomen. Op welke wijze de rots te bereiken is, kan niet
worden nagegaan.
De versterkingen van Rangas liggen ten O. van het bivak
Enrekang op een kam van een 500 M. hoogen bergrug.
Deze rug loopt van uit Maiwa in ongeveer N. richting met zeer
sterke hellingen, terwijl in het N. gedeelte, waar de bentings
liggen, de Kaloepini zich een doortocht baant.
Ten N. en W. liggen andere hooge bergruggen met hier en
daar loopgraven. Aan de O. zijde ligt de kampong Rangas
op een plateau, eenige honderden meters lager dan de kam.
Aan
den Militairen Commandant van Celebes,
Menado en Timor
te
MAKASSER.