93
deed tuimelen. Luitenant Schater ging daarop met Supit terug
in een spelonk, waar hij met 3 andere marechaussee's goed
gedekt zat. Voortdurend rolden steenen over de spelonk heen,
zoodat het verlaten hiervan met levensgevaar gepaard ging.
Toen ik had waargenomen, dat reeds enkele marechaussee's
tot dicht onder de borstweringen waren geklommen, gaf ik den
Europeesch-sergeant der genie Brauer last met zijn manschap
pen op te klimmen, liet enkele marechaussee's de wapens af
leggen om 4 stormladders naar boven te brengen, gaf sergeant
Maaskant den last om met 4 man bij den gevechtstrein achter
te blijven en begaf mij toen met de 1ste en een klein deel
der 5de brigade langs de geniesoldaten vooruit. Intusschen
had ik in N. richting verzamelen doen blazen om de afge-
dwaalden te vereenigen. Bij den uitgang van 't bosch
kwamen langs het pad steenen rollen, door den vijand uit de
benting neergeworpen. Links aanhoudend klom ik door tot
nabij het zadel tusschen de N. spits en de benting, slechts
gevolgd door den Amboineesch-marechaussee Nahumurij en den
Europeesch-sergeant Bookelaar. De laatste kreeg al spoedig
een schampschot en begaf zich kort daarop naar beneden om
een gewond geniesoldaat te helpen. Eenigen tijd daarna werd
Nahumury doodelijk getroffen. Intusschen had ik den Euro
peesch-sergeant Boelhouwer, die zich een lOtal meters lager
achter een rotswand had gedekt, herhaaldelijk toegeroepen de
manschappen vooruit te zenden. Dit gelukte hem niet, doch
hij klom zelf naar boven naar een overhangend rotsblok, waar
onder zich een 6tal der vrijwilligers had gedekt. Later vernam
ik, dat dicht boven den uitgang van 't bosch verschillende man
schappen waren gewond, o. a. de Europeesch-sergeant Gente
naar, de Europeesch-geniesoldaat van Vlaardingen, de Inlandsch-
geniesoldaat Soeroewikromo en dat de Inlandsch-geniesoldaat
Nassen hier gesneuveld was. Met bewonderenswaardigen moed
werden de gewonden onder het vijandelijk vuur door den Eu-
ropeesch-soldaat-ziekenverpieger Castelein, bijgestaan door den
Inlandsch-soldaat-ziekenverpleger Sleman, die zelf al spoedig
gewond was, verbonden.
Toen van beneden maar geen versterking kwam opdagen,
snelde ik, gebruik makende van een pauze in den steenenre-