98
Aan het noordeinde van de versterkte Oosthelling werd
een uitgang bespeurd..
Vermits de aanval door alle troepen van den Z. W. en O.
kant zou geschieden, daar de N. zijde zich loodrecht verhief
en niet beklimbaar was, werd besloten:
le. de om 5 uur n.m. te ondernemen schijnaanval zou ge
schieden door vuur uit den W. rand der lager gelegen kampong
Bont >e-Batoe-West, die 500 M. (hemelsbreedte) ten Oos
ten der versterkingen lag;
2e. een verkenning naar den N. uitgang te doen, teneinde
waar te nemen, of soms da ir den volgenden dag zou
kunnen worden binnengedrongen.
Schijnaanval: Ten 5 uur n.m. waren in den W. rand
sub 1 opgesteld 50 man, die het vuur op de O. verster
kingen openden en dadelijk 's vijands vuur en steenen tot
zich trokken. Onze manschappen waren achter de steenen
kampongmuren uitstekend gedekt. Tegelijkertijd maakte ik
met een groep een verkenning naar den N. uitgang. Deze
bleek te liggen tusschen steile rotswanden, terwijl een 10
M. lange hangende bamboe, voorzien van dwarslatten en
waarlangs men zich met beide banden naar boven moest
werken, toegang yaf tot de versterkingen. Om 6 0/4 uur
n. m. keerde de verkenning binnen kampong Bontoe-Batoe-
Oost terug en om 6>/2 uur werd de schijnaanval afgebroken.
Onze troepen hadden geen verliezen geleden. In kampong
Bontoe-Batoe-Oost echter waren twee dwangarbeiders ge
wond.
Gedurende den nacht bleek 's vijands waakzaamheid uit
't van tijd tot tijd schieten, 't laten neerploffen van steenen
en zijn uitdagend gegil.
2de Schijnaanval: Den volgenden morgen om 5'/2 uur
was de 3de compagnie ontwikkeld achter den W. rand van
kampong Bontoe-Batoe-West en opende zij het vuur op
de O. versterkingen. De vijand beantwoordde dit onmiddellijk
zeer levendig, doch de uitwerking van zijn vuur was, nihil.
Werkelijke aanval: Ten 6 uur v.m. werd het eerste schot
onzer artillerie gehoord en daar dit een teeken was, dat
de door de marechaussee's en de 2de compagnie 6de ba-