66 3. (1) Voor zoover hun dienst bij de Korpsen niet bepaald wordt gevorderd, zijn de Kwartiermeesters gedurende den duur der manoeuvres ter beschikking van den Brigade-Intendant. (2) De Kwartiermeesters worden bij de distributie dervivres en fourages bijgestaan door de fouriers en per compagnie door één voor den duur der manoeuvres aan te wijzen soldaat, (zie ook 20). 4. Voor het voor zoover noodig medevoeren van maten en weegwerktuigen, geldkisten, stalbenoodigdheden, keuken gereedschappen, verlichtingsmiddelen en de daarvoor toegestane petroleum wordt verwezen naar de betrekkelijke bijlagen in het verplegings-voorschrift. 5. (1) Gedurende de manoeuvredagen wordt door de Leger- cavalerie en de zelfstandig optredende Brigadecavalerie zelve dus buiten tusschenkomst van de Intendance^voor gras gezorgd. (2) Op de rustdagen geschiedt de grasvoorziening door de zorg der Intendance, terwijl, indien omtrent de legering dezer cavalerie gedurende de manoeuvredagen bij het Hoofdkwartier tijdig bericht wordt ontvangen, ook voor die dagen door de Intendance het benoodigde gras op nader aan te geven plaatsen zal worden beschikbaar gesteld. 6. (1) De Compagnies-Commandanten ontvangen de benoodigde levensmiddelen enz. van de Kwartiermeesters op bon (model 21). (2) Van administratief niet tot de Compagnie behoorende, maar daarbij tijdelijk alleen in voeding opgenomen militairen moeten op de achterzijde der bons de namen en stamboek nummers worden vermeld, zoomede het Korps (c.q. onderdeel daarvan), waartoe zij administratief behooren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1916 | | pagina 76