Bijlage. IV QROOTE MANOEUVRES 1915. Order voor de Roode Partij. 1. Tactische aanwijzingen. 1. Bij vereenigd optreden van de Divisie zal door mij meer malen tijdelijk worden beschikt over de Cavalerie, Artillerie, Genietroepen en Mitrailleurs der Brigade. Met inachtneming evenwel van het aangeteekende bij ver pleging sub 2, slotalinea, hebben dan de bevelen voor de brigades alleen betrekking op de infanterie daarvan, zullen de eventueel telkenmale worden aangegeven de onderdeelen van de daaraan toe te voegen hulpwapens. 2. De Brigade-Commandanten zullen in het oog houden en doen houden, dat het streven steeds gericht moet zijn op onder linge samenwerking van de ageerende troepen, ook wanneer de brigades of onderdeelen gescheiden optreden. 3. Aangezien de taak der divisie een snel en krachtig door dringen tot de vijandelijke permanente linie vordert, zullen de veiligheidstroepen hebben door te tasten en dienen de inleidende gevechten zooveel mogelijk te worden bekort. Het druppelsgewijze in gevecht brengen van kleine afdee- lingen worde alzoo vermeden; alleen voor dekking van artillerie of treinen en voor dergelijke secundaire doeleinden kunnen c. q. afdeelirigen kleiner dan 1 Compagnie Infanterie worden ingezet. II. Verpleging. 1. In aansluiting met den inhoud der 5e alinea van punt V der Order voor de Groote Manoeuvres wordt medegedeeld, dat de verplegingstrein, in verband met den vredestoestand, op den 17en September 12 uur's middags van TJIKAMPEK kan afmarcheeren en de etapetrein geacht wordt in staat

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1916 | | pagina 97