21
Van uit de stelling bij Tjiherang pondok werd te 9.50 v.m4
mitrailleurvuur gehoord in de richting van halte Masing, terwijl
om 10.5 v.m. een vijandelijke afdeeling infanterie van 10 man
en om 10,25 v.m. een sectie vijandelijk infanterie werden waar
genomen ten Z. van hoogtepunt 448 op den rijweg.
Te 10.45 v. m. kwam de sectie mitrailleurs op motorrijwielen,
welke door den A. B. ter beschikking van den detachements
commandant was gesteld, in de stelling aan.
Daar het terrein ten Z. en ten O. van den driesprong bij
Tjiawi 2 minder geschikt werd geoordeeld voor het bieden
van tegenstand, besloot de detachementscommandant, voor het
geval de stelling bij Tjiherang pondok zou moeten worden
ontruimd, den vijand een opmarsch langs den grooten weg
naar Buitenzorg verder te bemoeilijken, door het innemen van
eene flankstelling in het heuvelterrein bij Pasir Angin.
Nu, na het bericht van de ontruiming van de Poentjakstelling,
geen nadere berichten van het detachement Rauh waren inge
komen, leek de mogelijkheid niet uitgesloten, dat dit tengevolge
van een scherpe vervolging van den rijweg was afgedrongen, in
welk geval de vijand wellicht reeds voor 2 uur n m. den over
tocht bij Gadok 2 krachtdadig zou kunnen bemoeilijken.
Bovendien was sedert 10 25 v.m. niets meer van den uit Z.
richting opmarcheerenden vijand vernomen, zoodat eene poging
tot omtrekking van de stelling in het Oosten, de richting van
paal 48 niet onwaarschijnlijk was te achten.
Deze overwegingen brachten den detachementscommandant er
toe, om te 11.45 v.m. bevelen te geven voor het ontruimen van
de stelling en terug te trekken op Pasir Angin.
Nadat de artillerie haar stelling had ontruimd en in marschco-
lonne op den rijweg was opgesteld, kreeg de 3de compagnie last
het rechtervak te ontruimen en daarna de opdracht om den vijand
den overgang over de Tjiliwoeng bij Moeara 1 en Katoelampa
te beletten. Aan deze compagnie werd toegevoegd de sectie
mitrailleurs op motorrijwielen, welke, voor het geval zij te
Katoelampa niet kon worden gebruikt, weder ter beschikking
van den brigade-commandant moest worden gesteld.
Terwijl de reserve een opnamestelling innam 300 M. ten Z.
van Bitoengpasir. werd daarop ook het linkervak ontruimd.