24
II. Blauw.
Verrichtingen van de 2de Brigade.
Ingevolge het aanvalsbevel (bijlage XXXI) werden te 7.30 v.m.
door de troepen de opstellingen ingenomen, waarin zij den vorigen
dag om 4 uur n. m. stonden.
Door twee officiers-verkenningspatrouilles, uitgezonden om de
vleugels der vijandelijke stelling op den Poentjak vast te stellen,
werd gerapporteerd, dat de vijand een stelling had ingenomen
ten W. van den marschweg, ongeveer in de richting N. O. -Z.W.
terwijl een madsen-afdeeling op of nabij den weg in stelling
stond.
Terwijl infanterie I zich a cheval van den weg ontwikkelde
en met sprongen voorwaarts ging, opende de artillerie het vuur
uit een stelling 100 M. O. van Djember, aanvankelijk door
één batterij tegen de infanterie boven op den kam N. W. van
den koepel en door één batterij op de madsengeweren 1000
M. W. van paal 57.
Te 7.55 v.m. kreeg de commandant infanterie II opdracht om
over den Z, - O. uitlooper van den Poentjak langs den rechter
vleugel van het 1ste bataljon op te rukken en dien top te nemen.
De vijand hield niet lang stand; te 8.30 v.m. bleek reeds, dat
zijn weerstand verminderde en infanterie I voorwaarts kon gaan.
De voorste troepen bereikten te 9 v. m. het défilé bij den koe
pel, waar een half uur vertraging ontstond, veroorzaakt, doordat
eene daar aanwezige verhakking moest worden opgeruimd.
De algemeene reserve, die inmiddels was opgerukt, bereikte
den Poentjak reeds te 9.15 v. m.
Hierop werd een nieuwe voorhoede geformeerd, bestaande uit
3 compagnieën infanterie Vil, de brigade-cavalerie, 1 sectie
mitrailleurs en de genietroepen.
ij den opmarsch in W. richting ondervond de voorhoede om
10.10 v. m. tegenstand uit de O. rand van Toegoe 2 welke bezet
was door infanterie met mitrailleurs. Nadat de voortroep zich
had ontwikkeld, werd de kampong door den vijand ontruimd.
Na nog eenigen tijd te zijn opgehouden bij kampong Kopo
bereikte de spits te 2.8 n. m. de brug over de Tjiliwoeng 700
M. ten N W van Leuwimalang), welke brug verondersteld werd